De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 749]
| |
761 Aen den H. Wijnandt Schujl.1 Mijn' heere,
2 Hadd' ik zoo wel eighen' handt tot mijn' wille, als U Ed. haer'Ga naar eind2 3 han[-] t'haeren wille, ende 't hart ten wille haerder vrienden 4 heeft, ik zoude mij gehoe[-] hebben u. Ed. te moeijen met 5 aenvejrdingh van 't bodt om de bijgaende vejrsen te dubbelen.Ga naar eind5 6 Heden oft morghen staet mij een snaprejsken nae Mujden te doen,Ga naar eind6 7 in hoope 't voltrokken afschrift tot mijn te vinden: ook teffensGa naar eind7 8 alsdan te verstaen wanneer de H broeder Bar[-] de wijnen enGa naar eind8 9 andren voorraedt, ten behoeve van den H [-] nae BrusselGa naar eind9 10 te schikken. Want zoude alsdan gejrne eenighen tweebak [-] bijGa naar eind10 11 voeghen, op dat alles onder 't zelve verlof van hoogher handt [-]Ga naar eind11 12 een' berning door den oven gae. Hier toe verl[-] mij, gelijk U EGa naar eind12 13 zich magh tot d'onderdaenighejt 14 Mijn' heere, van 15 U.Ed. 16 Verplichten toegenejghden 17 dienaer 18 P C Hóóft. 16 In Amsterdam, den xijen 17 [-] Lentemaent des 18 jaers 1636.
Dank voor kopiëren. - Verzending van wijn enz. aan de abbé Scaglia. |
|