De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2

Tweede deel

Regelnummers proza verbergen

[p. 575]

663 [Aen den Heere Abt Scaglia]

vertaling door hooft

Aen den Heere Abt Scaglia

1 Mijn' Heer,

2 D'Heer Hooft, mij doende vertoonen, hoe hem, derwaerts over, bejeghent eenighe² 3 swaerigheit, op 't stuk eener erffenisse, vervallen aen zijn' hujsvrouw en kindren, 4 waer in hij vertrouwt grootlijx verlicht te kunnen werden door den onderstandt 5 uwer bemiddelinge, zoo 't u geliefde, hem dier deelachtigh te maeken, heeft ge-⁵ 6 wenscht u deze regelen te behandighen. De kennis, die ik heb van zijne verdiensten, 7 belet mij hem te leur te stellen in 't verzoek, dat hij mij doet om zich te moghen 8 zien op wegh helpen, nae de gunst uwer aenlejdingen, door mijn tussenspreeken.⁸ 9 'T welk ik u bidde, voor hem, te laeten gelden ter geleghenheit, naer dat ghij zult⁹ 10 oordeelen, dat zijn zeer ootmoedigh aenstaen, en de billijkheit zijner zaeke, u daer¹⁰ 11 toe noodighen, nevens mij; die mij, van 't geene u geliefte zal hebben hem toe te¹¹ 12 draeghen ten opmerke van mij, wel zonderling ervoelen, ende 't zelve erkennen zal.¹²

13 Mijn' Heer &c.

Vertaling van de door Huygens ontworpen en door Frederik Hendrik ondertekende aanbevelingsbrief aan de abt Scaglia.

2 derwaerts over: daarginds, in het land waar de brief heen gaat.

5 den onderstandt uwer bemiddelinge: de steun van uw tussenkomst.

8 aenlejdingen: geleide, begeleiding.

9 te laeten gelden ter gelegenheit: van waarde te doen zijn als de gelegenheid zich voordoet.
naer dat: al naar gelang.

10 aenstaen: verzoek; noodighen: nopen.

11 ik zal mij wel zonderling ervoelen van: ik zal zeer bijzonder erkentelijk zijn voor (WNT zich ervoelen 4228); geliefte: believen, goeddunken (WNT geliefte 1155).

12 toedraeghen: (welwillend) bewijzen (WNT toedragen 421, 2 verschaffen, vergunnen); ten opmerke van mij: om mijnentwil, met het oog op mij (WNT opmerk 1039).

Afschrift (vertaling) UBA II C 11.903.