Kijkjes in 't rond(1881)–C. Honigh– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina I] [p. I] [pagina 1] [p. 1] De Jarige Zus. Wel, goeien morgen, alle drie! Dag Lida, Dora en Marie! Hoe vroeg zit je alle kant en klaar Zoo deftigjes op d' uitkijk daar? Wat is daar toch voor vreemds te zien? Een poppenkast, een aap misschien? ‘Neen, wij verwachten niet zoo'n dier, Een kleiner, liever gast komt hier. Een muschje heeft op 't dak zijn nest, Dat kent ons allen, o zoo best! Want 's morgens strooien we ieder keer Door 't venster kruimels voor hem neer.’ [pagina 2] [p. 2] ‘En of die kleine, slimme gast Ook op zijn tijd nauwkeurig past! Want komen wij een beetje laat, Dan dribbelt hij al rond op straat, En draait zoo guitig 't kopje op zij, Alsof hij vroeg: “Vergeet je mij?”’ ‘Van daag is 't smulpartij voor musch, Want jarig is de kleine zus. Die deelt nu van haar lekkers meê, En niet alleen aan deze twee, Voor 't muschje ook strooide 't kleine ding Een heelen, zoeten krakeling.’ ‘En daarom zaten we al zoo vroeg, Voordat de klok nog zeven sloeg, Te wachten op ons aardig dier, En hebben al vooruit pleizier. Wat zal zijn bekje dapper gaan, o Kijk, daar komt ons vogeltje aan!’ Vorige Volgende