Nederlandtsche woorden-schat (anoniem uitgegeven)(1650)–Johan Hofman– Auteursrechtvrij Vorige Volgende I. G. Ignominie, naam-schendinghe, schandt-vleck. [pagina 75] [p. 75] Ignominieux, schandelijck, smadelijck, naam-schendigh. Ignorant, weet-niet, weetloos, onkundigh. Ignorantie, onkunde. Ignoreren, onkundigh zijn. Vorige Volgende