Een nieuw aardig prentenboek als vervolg op het beroemde Hoogduitsche kinderwerk 'Der Struwwelpeter'
(ca. 1860-1870)–Heinrich Hoffmann–
[pagina 13]
| |
Als de regen nedervloeit,
En de stormwind tiert en loeit,
Zijn bij 't hoekje van den haard
Kind'ren 't allerbest bewaard.
‘Neen!’ dacht Robert, ‘'k wil niet vreezen,
Zulk een weêr moet heerlijk wezen!’
Weg snelt hij met dollen kop
En zij paraplutje op.
't Stormweêr raast met dol geweld,
Boomen worden omgeveld;
Robert zwoegt toch door, en nu
Vat de wind zijn paraplu,
En hij vliegt door 't luchtruim voort; -
Niemand, die zijn schreeuwen hoort.
Wolken snelt hij reeds op zij,
En zijn hoed vliegt hem voorbij.
Door de wolken vaart hij heen,
Vrucht'loos is zijn bang gesteen,
En zijn hoed waait ver hem voor,
Heel den hoogen hemel door.
Waar hij zoo is heen gesneld
Is aan niemand nog verteld.
|
|