Horae Belgicae(1968)–A.H. Hoffmann von Fallersleben– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende XXXVII. ¶ Een nyeu liedeken 1.[regelnummer] EEn oude man sprack een meysken an Schoon lief wildi beteren myn verdriet Neen ic seydese lieue Jan Van uwen biere en dorst mi niet. Tis beter dat ghi van mi vliet Ghi doet doch al verloren pijn Mijn boelken moet een ionck man zijn 2.[regelnummer] Schoon lief ick soude mi geerne paren Waert v beliefte nv ter tijt Spreect een oude quene van tseuentich iaren. Oudt ende verrompelt also ghi zijt Aen v en is doch gheen profijt [pagina 53] [p. 53] Ghi en tapt niet dan verschaelden wijn Mijn boelken moet een ionck man zijn 3.[regelnummer] O Waerde suuer iuecht Herte ende sin hanget al aen dy Stelt v te vreden oft ghi moecht Wi en dienen niet te samen ick ende ghy Oudt ende versleten dunct ghy my Wat soudt ghi schrijuen in mijn francijn Mijn boelken moet een ionck man zijn 4.[regelnummer] Schoon lief wilt doch doen mijn auijs So sal ic v maken van goede rijc Een ionc man staet badt in mijnen prijs Ghelijc soect altijt zijn ghelijck Wat soudt ghi doeghen op eenen tijt Dan droncken drincken als een swijn Mijn boelken moet een ionck man zijn 5.[regelnummer] Jc mach wel claghen mijn verdriet Jc minne ende en worde niet ghemint Nv swijghet seyt si luerefaes Vrijdt elders daer ghi troost ghewint Jc hebbe bemint een ionghelinck Mijn herte verblijt in zijn aenschijn Mijn boelken moet een ionck man zijn Vorige Volgende