12 oktober 1964. David & Lisa een ontroerende film. De tendenz om nare ziektegevallen van lijf en geest in te voeren in literatuur en film heeft niet mijn sympathie. Er is wel in veel paranoia iets dat aan onze angsten verwant is en er soms niet van te onderscheiden. Maar ik mijd over het algemeen deze ideeën als de pest, letterlijk.
In deze film heeft een jongen een phobie tegen aanraking. De minste aanraking is aantasting, degene die het doet wil hem doodmaken.
Daar is iets in dat me zeer aanspreekt. De aantasting die van alle omstanders uitgaat.
Het meisje is schizofreen, zegt alles in rijm, kleine onhandige zinnetjes onder letterlijke rijmdwang. Dat geeft een mooi beeld van poëzie. Het meisje denkt twee personen te zijn: Muriel en Lisa. Het rijm verbeeldt voor mij de krampachtige poging om de samenhang tussen twee vreemde delen te bewaren, of te veroveren. Ook al rijmt men zelden meer exact, de dichter poogt krampachtig iets te verbinden van wat tevoren onverbonden was. (En niet alleen de dichter, elke kunstenaar, misschien elk mens als hij herinneringen koestert, van de toekomst droomt.)
Er verschijnt de laatste jaren nogal wat kritiek, vaak zelfs gehoon, op Schweitzer. Zijn ziekenhuis is zo onhygiënisch, al die dieren die maar tussen de hutten rondlopen en hun uitwerpselen laten vallen. En dan zijn conservatieve instelling: hij zou de negers nog echt als lastige zwarte kinderen zien etc.
De bezwaren tegen de hygiëne worden nooit ondersteund door opsomming van epidemieën of althans van herhaalde infecties die er gevolg van zouden zijn. Hygiëne is niet meer dan een (vooral Amerikaans) bijgeloof.
En misschien mogen we het de 85-jarige Schweitzer vergeven dat hij na een lang leven te midden van primitief levende mensen er een mening op na houdt die - behalve dat hij heel wat humaner klinkt - niet zover afwijkt van die van enkele hedendaagse Nederlandse radicale socialisten (de gepensioneerde radicaal de Kadt b.v., die het in een, overigens heel boeiend artikel over Trotski, heeft over Loemoemba als een kannibalenhoofdman etc. etc.).
De hygiëne, die iets te maken heeft met een paranoïde angst om iets aan te raken dat andere levende wezens al aangeraakt hebben, de hon-