Liederen voor groote en kleine kinderen
(1879)–Emanuel Hiel– Auteursrechtvrij
[pagina 63]
| |
Het gras, dat voor het windje knikt,
Wordt neergeveld en afgepikt.
Violen, de zoeten,
Zure Hanevoeten,
De blanke Meilieven,
Die fier zich verhieven.
Hoed u wel, schoon bloemelijn!
Den blauwen Eereprijs geroemd,
Den Leeuwentand met veel gebloemt,
De zilveren Klokken,
De goudene Vlokken,
Die moeten nu allen
Gemaaid nedervallen.
Hoed u wel, schoon bloemelijn!
Doch bleef het gras ter weide staan,
Het zou verwelken, gansch vergaan.
Het onkruid zou groeien,
Verhongren de koeien,
Dus, bloemen, uw sterven,
Doet welzijn verwerven,
Sterf gerust, schoon bloemelijn! -
|
|