Levenswijze
Deze mieren leven van verse en rotende plantaardige en dierlijke stoffen. In de grote droge-tijd (eind Aug.-Nov.) komen deze veelal in huis in de distrikten en roven daar brood, suiker rauwe spek, ham en alles wat gebranden en gekookt is. In de regentijd en het overige jaar gebeurd dit niet. Ook worden de uitscheidingen van schilluizen en bladluizen graag genuttigd.
Volgens Dr, D.C. Geyskes in het Bulletin No. 55 v.h. Land. Proefst. Jan. 1940 getiteld. ‘Voorraadsinsecten van de rijst in Suriname met aanwijzingen ter bestrijding’ spreekt de schrijver het vermoeden op blz. 11 uit, dat de brand mieren de zakken kleine insecten zouden roven.
In verband hiermede kon schrijver in October 1944 waarnemen, hoe twee brand-mieren bezig waren een kleine kever larve en de andere, een pas dood gegane Rhizopertha dominica F. kever weg te dragen. Deze beide mieren en andere liepen rond op gevulde zakken gepelde rijst.