knobbeltjes, die ook de vorm van een worst kunnen hebben. Deze structuur is op enkele meters afstand niet te onder scheiden. Het nest heeft dan een voorkomen.
als of het glad is. Deze nesten zitten ook meestal tegen bomen met een grijze of lichtbruin schors, en men zou op een afstand in sommige gevallen menen, dat het wellicht een knobbelige vergroeiing van de stam is.
Sommige nesten hebben deze structuur niet, maar de structuur is dan zo onduidelijk en het nest ziet er oneven glad uit met verspreid liggende knobbeltjes of verheffing. Bij de grote nesten, die meestal donkerkleurig zijn, is dit altijd het geval. De walsvromige knobbeltjes structuur heeft de lengte van 15.00mm en de breedte van 5.00mm. Er bevinden zich ook bijzonder lange langwerpige knobbels van 30.00-40.00mm tussen de overige structuur. Van de overige knobbeltjes die op de structuur tussendoor voorkomen zijn de kleinste 2.00mm. De nesten zijn zeer hard en niet gemakkelijk open te kappen, zo als de zachte nesten van de Nasutitermes soorten.
In het onderbos en in de bossen kon ik ‘primaire’ en ‘secundaire’ aantastingen constateren. Bij de ‘primaire’ aantasting in de bossen worden meestal de takken aangetast en uitgevreten. ‘Secundaire’ aantastingen zijn overwegend. Huizen worden zeer zelden aangetast. Mij is tijdens mijn onderzoek uit het hele areaal maar een geval van huizen-aantasting door deze termiet bekend. Tijdens het vernietigingswerk van deze termieten kan men evenals bij ‘Mirotermes inqullinus Emerson.’ (Treurniethoutluizen) een licht knetterd geluid horen.