Zinspeelende liefdensgezangen

[p. 48]

Liefde is Lankmoedig.

Ja, waar is grooter min Dan by uw Ryksvorstin,

Die nim - mer weet van Haat of nei - - - d tespree-

ken, Veel min - - - - van wree - - ken, Uw
zui - - ver Lie - fdegloed Ontsteek - - t uw bor - -
- - - - - st zo zoet, Dat gy langkmoedig al - toos
komt te praa - - - - - - len, En agt - geen aard - ze
zorg van schandig smaa - - - - - - - - - - - len.

[p. 49]

Liefde is Langmoedig.

Ja, waar is grooter Min
Dan by uw Ryksvorstin,
Die nimmer weet van haat of neid te spreeken,
Veel min van wreeken,
Uw zuivre Liefdegloed
Ontsteekt uw Borst zo zoet,
Dat gy Langmoedig altoos komt te praalen,
En agt geen aardse zorg van schandig smaalen;

Gy altoos wel te vreên,

Praald vol onzaglykheên,
Daar 't ondermaans u nimmer kan ontrusten
In uwe lusten,
En of gy ziet uw schoon
Besmet met schand en hoon,
Zo weet de glans van uw Langmoedigheeden,
U weer te cieren na uw eygen Reeden.

ô Hoe gelukkig hy!

Die voor uw Heerschappy
Mag buigen, om daar door uw schoon te leeren,
En 't aards te ontbeeren,
Om door Langmoedigheit,
Voor Liefdens Majesteit,
Op 't schoonst te streeven voor uw heldre straalen,
Daar wy in vreugd vereeuwigd zeegepraalen,