Slaap
‘Slapen’ schijnt voor veel mensen meer problemen op te leveren dan ‘wakker-zijn’. Zo eenvoudig als slapen ook lijkt: het is vaak gecompliceerd!
De jeugd slaapt op rozen, maar volwassenen leggen zich vaak op doornen te rusten. Voor hen is die zogenaamde nachtrust een vagevuur.
‘Nooit meer slapen’ heet een roman van Willem Frederik Hermans.
Nooit meer slapen: dat is de mens niet gegeven. Maar minder slapen?
Misschien zouden we met minder slaap toe kunnen. Misschien hechten we teveel waarde aan slaap. Er zijn perioden in ons leven waarin we in plaats van méér, minder zouden moeten slapen, lijkt me.
Acht uur per nacht slaap: wie zal er in z'n algemeenheid op tegen zijn? Goed uitgerust te zijn: wie zal de waarde ervan ontkennen? Maar de vraag is of veel slapen altijd en in elke levensperiode wel zo gezond is en of het niet goed is op te staan zonder volledig uitgeslapen te zijn.
Misschien is het geestelijk gezonder. Misschien blijf je geestelijk fitter, ben je tot meer in staat, ben je creatiever als je een klein beetje slaap tekort komt.
's Morgens lang in bed blijven liggen maakt je trager. Je komt moeilijker op gang, je blijft geestelijk mat. Er zijn geen prikkels vanuit het lichaam naar je hersenen die je tot daden aanzetten
Zichzelf verwennen met veel slaap lijkt me niet bevorderlijk voor lichaam en geest.
Het verschijnsel ‘depressiviteit’ is in brede lagen van de bevolking in de belangstelling komen te staan sinds iemand van de koninklijke familie aan dit verschijnsel lijdende is.