Portret van een landschap. Gedichten 1953-1997(1998)–Leo Herberghs– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 193] [p. 193] psalm de heren zijn onze herders zij leiden ons over ligweiden naar wateren van recreatie en rust van grazige weiden ze bouwen voor ons snelwegen zodat we ons kunnen verplaatsen en zorgen voor treinen en vliegvelden maken geluiddicht onze woning niets zal ons ooit nog ontbreken woningwetwoningen en sportparken muren tegen onze vijanden ze doorschouwen onze harten wat goed is voor ons leven weten ze, met zalvende woorden noden ze ons aan hun tafels steeds gaan zij ons voor, onze herders leggen uit hoe we de weg vinden in onze belastingformulieren en waar we ons moeten vervoegen voor visakte of een huurwoning waar het politiebureau is of het stadhuis en hoe door het dal van doods schaduwen we het winkelcentrum kunnen bereiken waar het ons aan niets zal ontbreken waar zouden we zijn als de herders zelf zouden gaan dwalen, ten prooi zouden vallen aan twijfels niet meer treden in sporen van waarheid [pagina 194] [p. 194] niet met stok en staf ons voorgaan en het kwaad niet meer zouden vrezen? is dan tot in lengte van dagen geen geluk meer om onze schreden in het aangezicht van onze belagers? Vorige Volgende