De glorende dag(1923)–Albert Helman– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 5] [p. 5] Aan de schoonheid I Spreid uw kristallijne reinheid wijd op gansch deez' aarde uit.... Arme harten, die zoo klein zijt, dat ge u voor het geluk ontsluit'.... Kom dan Schoonheid in de harten met uw stille zoete geur... breng ons troost voor alle smarten, stel ons hopen niet te leur... Kom in klare zon-doorschenen zomer-uchtend tot ons zacht, die u in nachts kil-alleene lang reeds hebben afgewacht. Leid ons dan met koele handen naar uw hoog paleis van droom. Immer in deez' vale landen wachten we u, dat ge eindlijk koom'... [pagina 6] [p. 6] Spreidend al uw fijne reinheid, uw verkristallijnde schoon over waerelds poovre kleinheid, over aardes dwaas vertoon. Leid uw pure liefde binnen in de harten klaar en goed... die het leven één beminnen en één schoonheid wezen doet. Dan, o Schoonheid, zullen allen treden voor uw blank altaar, en aanbidend nedervallen voor uw aanschijn, glanzend klaar. En ze zullen zingen zangen hoog-opgaand in helle dag... met het allerlaatst verlangen stervend in hun stilste lach... Vorige Volgende