Kinderliederen
(1863)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij
[pagina 29]
| |
[pagina 30]
| |
mogt ik wel eens zien; Ei zoo! Gij schoone da-ge-raad, Wal
zeg-gen ons de liên. Komt gij met ro-zen in uw' mond? Dat
mogt ik wel eens zien!
En plukt gij ieder knaap of maagd, Die
| |
[pagina 31]
| |
lan-ger slaapt dan gij, Een roos-je van de vol-le wang, Wan-
neer gij gaat voor-bij,
En plukt gij ie-der knaap of maagd, Die
lan-ger slaapt dan gij, Een roos-je van de vol-le wang, Wan-
| |
[pagina 32]
| |
neer gij gaat voor-bij?
En geeft gij ie-der' knaap of maagd, Die
kor-ter slaapt dan gij, Twee roos-jes uit uw' rijken schat, Wan-
neer gij gaat voor-bij?
En geeft gij ie-der' knaap of maagd, Die
| |
[pagina 33]
| |
korter slaapt dan gij,
Twee roos-jes uit uw' rijken schat, Wan-
neer gij gaat voorbij? Op, kinders op! het schemert al, Daar
komt de da--ge---raad, daar komt de da-----ge--
| |
[pagina 34]
| |
raad, daar komt de da-----------ge--raad, Daar komt de
da------------------------ge-raad.
Op, kinders op! Het schemert
| |
[pagina 35]
| |
op! het schemert al, het sche---------mert al.
Op, op!
het schemert al, op, op! Daar komt de da------ge-
raad,
Hij houdt wel veel van bleek te zien, Die
| |
[pagina 36]
| |
nu niet op en staat,
Hij houdt wel veel van bleek te zien, Die
nu niet op en staat,
Op, kinders op! Het schemert al, Daar
komt de da-ge-raad, Hij houdt wel veel van bleek te zien, Die
| |
[pagina 37]
| |
nu niet op en staat: Daar komt de da-----ge----raad, De
da-----ge----raad!
|
|