Al de volksdichten. Deel 1(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 66] [p. 66] Jan-Maat. refrein. Te voet Is goed, Te paard is beter; Maar wat een' Nederlandschen gast Het beste past, Is... in den Mast! 1. Schat van Oost en Wester-strand, Jan-maat haalt ze, zonder rusten: Zie dien flinken, rappen kwant, Goudmijn voor het Vaderland, Levend Bolwerk onzer kusten! Neêrlands roem en steun is hij Te oorlog of ter koopvaardij. refrein. Te voet Is goed, enz. 2. Hoe de stormwind buldren mag, Hoe de kogels moordend gieren, [pagina 67] [p. 67] Neêrlands fiere driekleurvlag Laat hij wappren nacht en dag, Laat hij onbedwongen zwieren, En hij wankelt, zwicht noch wijkt, Zoo de Dood die vlag niet strijkt. refrein. Te voet Is goed, enz. 3. Blijft zoo flink van lijf en ziel, Jan-maats! Hollanders of Zeeuwen: Denkt om Bestevaâr Michiel Op het dek en in de kiel; Bidt als lamren, vecht als leeuwen: - Hart van goud en arm van staal, 'k Groetje nog als Admiraal! refrein. Te voet Is goed, Te paard is beter; Maar wat een' Nederlandschen gast Het beste past, Is... in den Mast! Vorige Volgende