De nagels in het vlees(1945)–Jac. van Hattum– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 2] [p. 2] [pagina 5] [p. 5] Ik wou in leuzenloze tijden...... Ik wou in leuzenloze tijden zo graag de wereld nog eens zien, om mij nog eenmaal te vermeien in alle vreugden van voordien. Hoe krijgen wel de windekelken haar sneeuwwit rokje geplisseerd? Wie heeft de roos, bij haar verwelken, dat roerloos sterven toch geleerd? Wie heeft de vlinderwiek getekend? Het honingmerk der orchidee? Wie heeft der sterrental berekend? En wie de druppels van de zee? Wie plantte deze rose schelpjes, het nageltje van Eva's teen? Wie gaf de leeuw z'n speelgoedwelpen? Waar springt de antilope heen? Eens ging ik vragend door de landen: ‘Heb je m'n liefste ook gezien?’; de vogels vlogen op m'n handen en floten schalks: ‘Misschien....; misschien....’ En alles was zo vol van vreugde. De tafel stond voor elk gedekt; voor wie zich maar oprecht verheugde was zelfs de raaf nog zoet gebekt. [pagina 6] [p. 6] Eilaas - en alles ging verloren: de oorlog kwam, de haat, de nijd; en niets ter wereld viel te horen dan zotte phrasen van de tijd. Ik wou in leuzenloze tijden zo graag de wereld nog eens zien, om mij nog eenmaal te vermeien in al de vreugden van voordien. Vorige Volgende