Het dagboek van dr. G.H.C. Hart
(1976)–G.H.C. Hart– Auteursrechtelijk beschermdZaterdag 3 mei 1941- - -Ga naar voetnoot635 Eindelijk aan het werk geslagen voor mijn lezing van den ‘Nederlandschen Kring’ op a.s. Maandag over Rijksproblemen na den oorlog (verhouding Nederland, Indië, Suriname, Curaçao op politiek, economisch, financieel en cultureel gebied na den oorlog); nogal een erg moeilijk probleem. 's Middags een sherry party bij mijn collega Clauson, hoofd van den Economischen Dienst van het Britsche Colonial Office. De aanblik uit zijn raam in Kensington is nogal luguber: een heele serie huizen vlak naast hem is compleet weggebomd. Onrustige nacht: golf op golf van vliegtuigen en zwaar afweergeschut, maar ditmaal geen | |
[pagina 294]
| |
bommen bij ons; klaarblijkelijk heeft Liverpool ditmaal een heele zware nacht gehad. Een gunstig ding is de geregeld stijgende verliezen van de Duitsche nacht-raiders. Ik wou, dat ik wat meer wist over de werkelijke situatie in Irak. Nog altijd geen enkele brief van jou; er zijn anderen, die ook nooit iets krijgen, terwijl sommigen practisch wekelijks brieven krijgen, dikwijls zelfs vrij openhartige. 't Is onbegrijpelijk en buitengewoon ergerlijk en deprimeerend. - - - |
|