Het dagboek van dr. G.H.C. Hart
(1976)–G.H.C. Hart– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 265]
| |
Maandag 24 maart 1941Telegram van Welter en Peekema uit Trinidad: ‘Am worried about you all; please telegraph Washington’. Zeker heeft hij heel wat gehoord over de jongste luchtaanvallen op Londen; men zegt, dat er 500 Duitsche toestellen aan deelnamen. Heb hem naar Washington, waar hij vandaag aankomt, geseind: ‘Welcome in America; all feeling splendid; daily more confident’. Dat is wel goed voor hem: hij is altijd veel te erg geneigd om de dingen te somber te zien. Morgen is hij, naar ik hoor, bij Cordell Hull. Vernam, dat Vrijdag zeven visschersjongens uit Scheveningen in een klein motorbootje, met bij elkaar gegapte benzine, hier zijn aangekomen na een avontuurlijken tocht om dienst te nemen bij de Marine. De geest in Holland is uitstekend, zeiden zij. Vertelden van de schandelijke fusilleering van tien Nederlandsche Joden op het PleinGa naar voetnoot542; van de stakingen en het toenemend verzet; van de verwachting, dat wij tegen het einde van het jaar terug zullen zijn. Op een vraag, of er in Scheveningen veel N.S.B.'ers waren, waren ze hoogst verontwaardigd. De oudste is 19 jaar. Alle gesprekken bevestigen mijn stelling, dat we veel meer contact met Holland moeten krijgen. 't Beroerde is, dat de Duitschers de familie van zulke ‘ontsnappers’ naar een concentratiekamp schijnen te sturen. Verdomde schoften! |
|