Prenteboekje naar Jan Luiken
(ca. 1824)–P. Hanou van Arum– Auteursrechtvrij
[pagina t.o. 23]
| |
[pagina 23]
| |
Die gedurig past en meet,
Maar alleen bedenkt hoe breed
Balk of plaak of deel moet zijn,
En niet elke duim of lijn
Van de hoogte en lengte past,
Is een onbedreven gast.
Kind! bij alles wat gij ziet,
Let alleen op 't aardsche niet,
Maar bedenk oneindig meer
Of gij leeft tot 's Hemels eer.
't Eindig minder deel gaat heen.
't Eeuwig meerder blijft alleen.
|
|