Gedicht voor Felix Timmermans
(om te laten weten dat alles nog niet verloren is)
Zie hem daar zitten een oude zonnegod
Op zijn lamme kont onder de vlierbos
Met geloken ogen lurkend aan een pot
Bier en alle knopen van zijn leven los
Tussen de witte meidoorn en de Gelderse roos
Verschijnt de gebrilde kop van de postbode
Die zweet en klinkt wat graag mee proost
Dat zijn er al twee naar de Kempense mode
Een ogenblik later is ook de buurman daar
Hij sikkelt rode klaver voor zijn konijnen
De steek van een bijenwolf doet hem halfgaar
Dansen maar zo'n patersbier heelt alle pijnen
Zelfs de melkboer is hier iets verloren
Hij hurkt neer onder de treurrozelaar
Hij heeft gisteren zijn beste duif verloren
Vertelt hij mat en dus drinkt hij maar
Zo zitten ze daar verdoken te batavieren
De brandschimmels in hun kelen te blussen
Oeverloos gelukkig te zijn als dieren
Een verzopen god en drie rare kwibussen.