Veerstraat(2001)–Marijke Hanegraaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 33] [p. 33] Stoffige ruit met kruiskozijn Hij neemt hem bij de hand, hij zet de trappers naar zijn voet. In grijs gemoffeld frame; de fiets voldoet. Mijn vader rijdt een werkdag in. Hij timmert de uren naar het fijnmazig weefsel van zijn dromen. Hij schildert er zijn hemels van, spant in hun kracht zijn vogelhuisjes. Het zaagmeel van zijn scheppingen daalt op een ruit met kruiskozijn. Met telkens nieuwe vleugels, in een telkens nieuwe huid slaat hij zich uit. Hoe hij de vogel en de vlucht is, hoe hij de lucht is voor een onstuitbaar avontuur. Mijn vader trapt er zijn mijmeringen op, laat ze zweven op de zwaai van zijn been over de stang van zijn fiets. Vorige Volgende