266 Kemp, Abraham
Gorinchem, voor 1590 - Gorinchem, (begr.) juli 1649
De katholieke Kemp was notaris in Gorinchem van 1611 tot 1649 en procureur. Hij was lid van de Gorcumse rederijkerskamer. Voor zijn historisch werk maakte hij gebruik van geschriften van zijn grootvader A. Kemp Imbertszoon Vos en van zijn neef A. Kemp Jacobszoon Vos, en uit de toen nog onuitgegeven kroniek van D. Franckenszoon Pauw. Het werk van zijn familieleden was getiteld: ‘Chronycke der heeren van Arkell ende oirspronck ende voortganck van der stede van Gorinchem’, opgedragen in 1607 aan prins Philips Willem. Abraham Kemp citeerde hier vaak letterlijk uit. Kemp heeft naast dit historische werk toneelstukken op zijn naam staan.
a Leven der doorluchtige heeren van Arkel, ende jaar-beschrijving der stad Gorinchem, heerlijkheyd, ende lande van Arkel, onder desselfs heeren, ook onder de graven van Holland, tot den jare 1500. Daar by gevoegd uyt verscheyden brieven en schriften, de vryheden, keuren, hant-vesten, gewoonten, herkomen ende gewijsdens. Mitsgaders, de regeerders der selver stede ende lande, tot den jare 1558 toe: met noch een byvoegsel getrokken uyt de aanteykeninge der voorsz. stede, nopende derselver regeerders van de voorsz. jare 1558 tot desen jegenwoordigen jare 1655 toe. Gorinchem 1656 [474 pp.; 4o] - Nijhoff/Van Hattum, 157.
Zie ook: Carasso-Kok, 221. Het werk werd uitgegeven door Kemps zoon Henrik.