184 Goor, Thomas Ernst van
Breda, 10 november 1688 - Etten-Leur, 6 mei 1778
Van Goor studeerde vanaf 1710 rechten te Leiden en werd daarna in Breda advocaat. Gedurende vele jaren was hij schepen van de stad en curator van de Illustere School. Daarnaast was hij ontvanger van Terheijden. Zijn vrije tijd besteedde hij aan de bestudering van de geschiedenis van zijn geboortestad.
a Beschryving der stadt en lande van Breda: behelzende de oudheid van het graafschap Stryen, deszelfs eerste bewoonderen, en oude gestalte, met een historisch verhael van het leven der graven van Stryen, en daar op gevolgde heeren van Breda; mitsgaders de opkomst en eerste beginselen der stadt Breda, deszelfs benaming, eerste omwalling, en verdere vergrootingen en versterckingen, met de voornaemste, zoo wereldlycke als geestelycke gebouwen, de wyze der regeering, hoogheden, voorrechten, enz. als mede eene naeukeurige en beknopte beschryving van het landt van Breda, deszelfs dorpen, vryheden en heerlykheden, met der zelver oudheden, regeeringen, aanhangzelen en gemeene gebouwen. 's-Gravenhage 1744 [545 pp.; fo], 1963 (facs.); Breda 1921 (gedeeltelijk) - Nijhoff/Van Hattum, 110.
In de uitgave van 1921 breekt het werk middenin hoofdstuk 8 van het eerste boek af.