67 Bogaert, Abraham
Amsterdam, (ged.) 5 september 1663 - Amsterdam, (begr.) 6 december 1727
Bogaert was apotheker en maakte in die hoedanigheid drie maal een reis naar Indië. Op de derde reis in 1701 werd hij door gouverneur-generaal Willem van Oudshoorn van deze plicht ontheven en op het kantoor ‘generale visite’ geplaatst wegens zijn antiquarische activiteiten. Een reis naar onder meer Siam en Ceylon volgde. In 1706 was Bogaert weer in Amsterdam na op de terugreis de misstanden in de Kaapkolonie nog aan de kaak te hebben gesteld. Naast zijn historische werk schreef hij veel voor het toneel, maakte hij gedichten en vertaalde klassieken.
a De Roomsche monarchy, vertoont in de muntbeelden der Westersche en Oostersche keizeren; beginnende van Cesar, en eindigende met Leopoldus, den tegenwoordigen Roomschen keizer: alle naer de vermaarde muntpenningen van Haare Zweedsche Majesteit Christina te Rome getekent, en in 't koper gesneden. Waar in alles wat by de Romeinen, Grieken, Duitschen en andere volkeren is voorgevallen, naukeurig in dicht en ondicht ontvouwen word. Utrecht 1697 [448 pp.; 4o]; Amsterdam 1716 (verm.), 1718.
De laatste twee drukken werden uitgebracht onder de titel: Roomsche monarchy, vertoont in de levens, bedryven, muntbeelden, en gedenkpenningen der Westersche en Oostersche keizeren, van Julius Cezar af tot op Karel den VI.
b Historische reizen door d'oostersche deelen van Asia; zynde eene historische beschryving dier koninkryken en landschappen, door hem bezocht en doorwandelt, beneffens een nauwkeurig ontwerp van de zeden, drachten, wetten en godtsdienst der zelve inwoonders, en wat verder wegens de dieren, planten, vruchten, enz. in die