Wie ben ik?
(2013)–Soecy Gummels– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 5]
| |
[pagina 6]
| |
[pagina 7]
| |
Neeeeeheeeee ...dat ben IK niet dat is mijn papa, met lekkere djamoe voor ons om te eten. | |
[pagina 8]
| |
[pagina 9]
| |
En dit is mijn mama. Mij zie jij lekkertjes nog niet. Ik zit verborgen onder de donzen vacht van mama's veren. Het is daar zo heerlijk warm en zacht net zoals het voelt onder jouw lekkere deken. | |
[pagina 10]
| |
Kijk goed ... Zie je mij nu wel? | |
[pagina 11]
| |
Hier ben ik! | |
[pagina 12]
| |
Een beetje kaal, zo zonder veren. | |
[pagina 13]
| |
Niet uit mijn moeders buik, maar vanuit een ei ben ik op aarde gekomen. | |
[pagina 14]
| |
Ik ben nog maar pas geboren. Mijn oogjes kunnen nog niet open. Ik kan nog niet zien maar wel ruiken, voelen, proeven en horen. | |
[pagina 15]
| |
[pagina 16]
| |
Twiet-twiet-twiet-twiet-twiet MAAAAAAMAAAAAA ... Ik heb HONGER!!! | |
[pagina 17]
| |
[pagina 18]
| |
En ja hoor ‘Twiet twiet twiet’ roept mama terug: ‘Ik kom al, rustig aan, mijn kindje’ en daar komt ze aangevlogen. | |
[pagina 19]
| |
[pagina 20]
| |
Ik ben niet alleen. Dit zijn mijn broertje en zusje. | |
[pagina 21]
| |
Wij zijn net als een drieling op dezelfde dag geboren. | |
[pagina 22]
| |
Papa en mama zorgen goed voor ons. | |
[pagina 23]
| |
En er wordt opgelet dat niets en niemand ons nestje komt verstoren. | |
[pagina 24]
| |
Mijn papa is een stoere vogel met een stevige snavel, sterke vleugels en een spitsig wipstaartje. | |
[pagina 25]
| |
[pagina 26]
| |
Mijn mama is lief en aardig, maaaaaar, oweee als je haar boos maakt! Dan klappert ze met haar vleugels, zwaait ze met haar staartje en tjopt ze met haar snavel. | |
[pagina 27]
| |
[pagina 28]
| |
De dagen gaan snel voorbij, onze oogjes zijn nu open en wij kunnen van alles zien. De bomen, de bloemen, het gras, de zon en de regen. | |
[pagina 29]
| |
[pagina 30]
| |
En ik hoor het geluid van andere vogels en insecten die om ons heen tjirpen en fluiten vliegen en spelen. Kijk maar goed om je heen dan zie en hoor je dat ook... Is het niet FANTASTICO!?! | |
[pagina 31]
| |
[pagina 32]
| |
De kale plekken op mijn huid beginnen op te vullen met stevige donkere stoppels. | |
[pagina 33]
| |
Deze zullen uitgroeien tot mooie zachte veren. | |
[pagina 34]
| |
Kijk maar, ik ben nu al een stuk groter. Zie je wel hoe mooi mijn veren uitkomen? Ik ben al bijna net zo mooi als mijn mama en stoer als mijn papa. | |
[pagina 35]
| |
[pagina 36]
| |
Ik speel vrolijk met mijn broertje en zusje en soms pesten we elkaar totdat mama roept: ‘Halloooo, wat gebeurt er daar?’ | |
[pagina 37]
| |
[pagina 38]
| |
Vandaag ben ik uit ons nestje gekomen en helemaal naar het einde van de boomtak gelopen. Tof heh! | |
[pagina 39]
| |
[pagina 40]
| |
Daar heb ik lekker in het zonnetje zitten dromen. | |
[pagina 41]
| |
Vol verlangen wacht ik op de dag dat ik ons nestje uitvliegen mag. | |
[pagina 42]
| |
Dan zal ik klapperen met mijn vleugels en ze wijd uitspreiden. Trots zal ik roepen zodat een ieder het kan horen: IK KAN VLIEGEN!!! | |
[pagina 43]
| |
Net als mijn neefje ... kijk maar! | |
[pagina 44]
| |
Een vogel is als een piloot ons lichaam is ons vliegtuig. Wij zweven door de lucht en maken perfecte landingen op de takken van de allerhoogste bomen en spelen en spartelen in het water van de dakgoten. | |
[pagina 45]
| |
[pagina 46]
| |
DIT BEN IK IK BEN EEN VOGEL |
|