Oudere, zwaar gebouwde dames hoeden zich ervoor een schommelgang aan te nemen (waartoe men licht vervalt als de voeten gezwollen, de rug pijnlijk en de beenen vermoeid zijn!)
Meer dan rouge, poeder, modieuze hoedjes e.d. kan een veerkrachtige loop en een fraaie houding een vrouw jonger doen schijnen dan zij is.
Gezette personen dienen bij het zitten al te lage, diepe stoelen te vermijden. Het is hun ten eenenmale onmogelijk hierin een gracieuse of zelfs maar welvoegelijke houding aan te nemen, waartoe de nare gewoonte, de beenen over elkaar te slaan niet weinig bij draagt.
Het zitten met over elkaar geslagen beenen - hoe vanzelfsprekend ook heden ten dage - geldt nog altijd als onwelvoegelijk voor jonge meisjes, terwijl geen enkele getrouwde vrouw, die aanspraak maakt op fijne vormen zich in gezelschap zal laten verleiden deze nonchalante houding aan te nemen.
In het publiek (theater, concert tentoonstelling, restaurant e.d.) is deze houding ten allen tijde af te keuren en het feit dat menigeen zich hier niet aan stoort, mag voor hem of haar, die op wellevendheid gesteld is nimmer aanleiding zijn de goede vormen uit het oog te verliezen.
De man, die zijn wereld kent zal ook nimmer in gezelschap van dames, ouderen of hooger geplaatsten, met over elkaar geslagen beenen in een stoel achterover leunen.
Ellebogen behooren niet op een eettafel, noch in een particulier huis, noch in hotel of restaurant.
De dooddoener - iederéén doet het - mag nimmer voor een beschaafd en welopgevoed persoon een verontschuldiging zijn mede te doen aan iets, dat strijdig is met de étiquette.
Onder het eten mogen ellebogen nimmer op de tafel rusten.
Het geldt als zeer onopgevoed om bijv. de linkerarm op de tafel te laten rusten, terwijl men met de rechterhand eet.
Onder het eten leune men nimmer tegen de rugleuning van den stoel.
Wanneer men een bezoek brengt is er niets tegen, dat men leunt, echter drage men zorg goed achter in den stoel te gaan zitten. De houding van iemand, die op het uiterste puntje van een stoel zit en dan wil leunen, is niet prettig om naar te kijken.
Hetzelfde geldt voor zitten in auto, tram, bus of trein.
Een welopgevoed man zal nimmer met één of twee handen in de