Briefwisseling J. Greshoff - A.A.M. Stols

[p. 145]

971. A.A.M. Stols aan J. Greshoff, 11 januari 1954¹

['s-Gravenhage] 11-1-54

Beste Jan,

De laatste weken ben ik zó ingespannen bezig geweest met het corresponderen over de reismodellen en met de administratie, dat ik waarachtig niet meer weet of ik Aty en jou al onze hartelijke wensen voor 1954 heb geschreven. In ieder geval doe ik dit dan nù, en ik hoop dat dit jaar ons ook weer het voorrecht zal verschaffen, jullie in ons midden te zien.

Bert Goris stuurde me vandaag een uittreksel uit ‘De Lange Nacht’. Van het stuk, dat je me zond, heb ik vandaag de proeven voor het reisexemplaar gestuurd. Het boek moet toch wel met de Boekenweek verschenen zijn.²

Zodra de reisexemplaren gebonden zijn, ga ik zelf op pad, omdat ik wel - door de financiën - gedwongen ben de provisie, althans in het Westen, zelf te verdienen. Voor het Oosten en alle kleinere plaatsen heb ik een vertegenwoordiger.³

Aanlokkelijk werk is het - in regen en wind - niet, maar het is nodig en nuttig. Barth blijft nog tot April of zo, studeert dan af, en denkt erover daarna bij Gerrit Bakker in Johannesburg te gaan werken. Daar ligt wellicht een schone toekomst voor hem.

In April is de aanbieding voorbij, en dan doe ik verder alles zelf, o.a. ook de boekhouding. De aflevering blijft bij het Centraal Boekhuis.

Bert Goris en Ritter zijn erg enthousiast over ‘Terugkeer tot Atlantis’ van Lampo, Ritter hield er gisteren een lange radiolezing over,⁴ Bert schreef me vandaag.⁵ Mocht het nu eens een goedverkocht boek worden! Ik ben benieuwd naar je artikels over Lampo,⁶ Delen,⁷ Walschap.⁸ Walschap is hier practisch onbekend gebleven (ik bedoel: Bejegening van Christus).

Van thuis niets nieuws te melden. Stuur je me gauw het vervolg van Gijsen?

Met veel liefs voor jullie beiden, ook van Greet,

je

Sander

Ik ben bij b.z. geweest. Het plan om méér legaties her-op-te-richten ligt ten dele in de soep, en ik zou tòch geen kans krijgen, ook niet als comm. of cult. attaché. Wèl wil b.z. mijn sollicitatie steunen als hoofd v.d. uitgeverij bij de Ver. Naties te Genève.⁹ Dit is tenminste iets, en te verkiezen boven het wisselvallige lot mijner uitgeverij, die ik overigens toch aanhoud, zolang ik geen vaste aanstelling heb. En dan nog blijf ik er in als b.v. president-commissaris.

1 Geschreven op briefpapier van A.A.M. Stols, Johannes-Bildersstraat 8, 's-Gravenhage.

2 De lange nacht zou in juni verschijnen.

3 Vanaf 1 februari was A.J. de Boer Jr. uit Lunteren reiziger voor Stols. Er zijn geen nadere gevens over hem achterhaald.

4 Op zondag 10 januari had P.H. Ritter Jr. voor de avro Terugkeer naar Atlantis van Hubert Lampo besproken.

5 Op 5 januari had Marnix Gijsen aan Stols onder meer geschreven: ‘Ik meen dat Terugkeer naar Atlantis veruit het beste boek is van Lampo. Uitstekend. Hij heeft me daar die arme Delen leelijk naar de keel gezeten. Nogal terecht want de caricatuur in het boek is werkelijk niet goed, al te waar, als schildering.’

6 Zie br.939 n.6 voor Greshoffs bespreking van Terugkeer naar Atlantis van Hubert Lampo, die pas op 12 juni in Het Vaderland zou verschijnen.

7 Zie br.964 n.2 voor Greshoffs op 30 januari in Het Vaderland te verschijnen bespreking van Niemand ontsnapt aan zijn noodlot van Ary Delen.

8 Zie br.963 n.12 voor Greshoffs bespreking van Bejegening van Christus van Gerard Walschap, die pas op 31 juli in Het Vaderland zou verschijnen.

9 Zie br.965, p. 137.