Briefwisseling J. Greshoff - A.A.M. Stols

512. A.A.M. Stols aan J. Greshoff, 14 oktober 1937

14-10-37

Beste Jan,

Veel nieuws kan ik je nog niet melden! Ik wacht op bericht uit Amsterdam, waar ik misschien een behoorlijke en leidende positie in een uitgeverij kan krijgen.¹ Het is een spannende tijd.

Mijn contract met H.D. wordt 30 October opgezegd voor 31 December. Dat beteekent dus dat het fonds verdeeld wordt naar verhouding van het kapitaal dat we in de zaak hebben, dus vermoedelijk 15:20 (H.D.).²

Het is natuurlijk zaak dat ik mijn eigen relaties behoud (omdat, naast de begeerde baan, mijn uitgeverij blijft voortbestaan) en dat er dus zooveel mogelijk persoonlijke dingen (jij, Jany, Arthur v.S. v.D. Woestijne enz) in mijn bezit blijven. Daar ik geen contracten met je heb, zal het je makkelijk vallen door je er op te beroepen dat je alleen met míj afspraken hebt gemaakt.

Nu is de toestand evenwel zóó, dat ik voor het voorjaar geen groote dingen kan aannemen, tenzij ik de baan krijg. Ik kan dus onmogelijk den Heeren Koning³ en Roth⁴ eenige toezeggingen doen. Zou je ze willen vragen om zich tot mij privé te wenden begin Januari, als dat niet te laat voor hen is?

De recensie-exx van ‘Gedichten’ zijn ook verzonden, en ik heb je gisteren de romans⁵ + de Jany⁶ gestuurd. Jany verkoop ik momenteel beter dan je Gedichten, doch dat zegt nog niets, omdat het nieuw is.

Ik wacht op bericht van Van Hoogenbemt⁷ om de volgende week in Brussel te komen.

We spreken dan wel nader af.

Met hartelijke groeten v.h.t.h.

je

Sander

1 Waarschijnlijk het directielidmaatschap bij uitgeverij J.M. Meulenhoff te Amsterdam, waarover hij Greshoff op 1 oktober had geschreven. (Zie br.506 n.3 en br.517.)

2 Zie Inleiding, p. xix-xx.

3 Waarschijnlijk de journalist Johan Frederik Lambertus Koning (1887-1946), die in 1923 E.J. van Lidth de Jeude was opgevolgd als redacteur van het tijdschrift Nederland. Er verscheen geen uitgave van hem bij Stols. Er is geen correspondentie tussen Koning en Stols uit deze periode bewaard gebleven.

4 Waarschijnlijk de Oostenrijkse schrijver Joseph Roth (1894-1939), die in 1933 Duitsland ontvlucht was. Werk van Roth was bij de Amsterdamse exil-uitgeverijen Querido Verlag en Allert de Lange verschenen. Roth onderhield eveneens contact met uitgeverij De Gemeenschap. Laatstgenoemde uitgeverij had in september de betaling van voorschotten aan Roth gestaakt. (Zie Th.A.P. Bijvoet, ‘Aber das Leben marschiert weiter und nimmt uns mit’. De Gemeenschap en de zaak-Roth, in Het Oog in 't Zeil 6 (1988-1989) 4, p. 27-38.)
Wellicht was het staken van de betalingen door De Gemeenschap de reden dat Roth zich tot Stols wendde. Roth was bevriend met Nico Rost, die te Brussel woonde en daar regelmatig Greshoff ontmoette.

5 Alli's zoon van Magnhild Haalke en Kaap de Goede Hoop van Zygmunt Nowakowski.

6 Een winter aan zee .

7 Van Albert van Hoogenbemt (1900-1964) zou geen uitgave bij Stols verschijnen. Er is geen correspondentie tussen Van Hoogenbemt en Stols uit deze periode bewaard gebleven.