Zij zingen(1928)–Willem Gijssels– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 41] [p. 41] Gebed 's Avonds vóór ik slapen ga, Zeg ik mijn gebeedje na, Dat door moeder werd gebeden. Ack, het klonk uit haren mond, Als een liedjen uit 't verleden. God! wie weet wanneer 't ontstond! 's Avonds vóór ik slapen ga, Zeg ik mijn gebeedje na, Dat me zoo vervult met toover. Ach, het ging van 't een geslacht Telkens tot het ander over, En bezit zoo'n wondre kracht. 's Avonds vóór;k slapen ga, Zeg ik mijn gebeedje na, ‘Heere lief, wil mij bewaren Van al 't kranke dat er gaat Op de wereld vol gevaren, Houd me rein van alle kwaad!’ Vorige Volgende