Jeugdbrieven

[p. 5]

Personenlijst

IN HET BRIEVENBOEK VAN 1976 WERD REEDS BIOGRAFISCHE INFORMATIE OVER DE DICHTER GEGEVEN. DE IN DE JEUGDBRIEVEN GENOEMDE PERSONEN BEHOREN VOORNAMELIJK TOT DE AMSTERDAMSE FAMILIES BIENFAIT, DE CLERCQ EN KRUSEMAN.

VERDER STAAN DE HOOGLERAREN ABRAHAM VAN DER HOEVEN (1798-1855), PROFESSOR VOOR DE REMONSTRANTSE BROEDERSCHAP EN BEROEMD KANSELREDENAAR, C.W. OPZOOMER (1821-1892), VOORAL BEKEND OM ZIJN REDE ‘DE WIJSBEGEERTE DEN MENSCH MET ZICHZELF VERZOENENDE’,

J.H. SCHOLTEN, THEOLOOG, MET NAME BEKEND OM ZIJN WERK: ‘DE VRIJE WIL’,

J.J. OOSTERZEE (1817-1882) THEOLOOG EN BEROEMD KANSELREDENAAR

EN C.P. TIELE (1830-1902) VRIEND, LATER REMONSTRANTS PREDIKANT EN HOOGLERAAR, IN DE GENESTET'S JEUGDBRIEVEN CENTRAAL.

OVERIGENS NOEMEN WE ZIJN LERAAR J.D. VEEGENS EN ENKELE MEDESTUDENTEN EN PERSOONLIJKE VRIENDEN.

DE BELANGRIJKSTE WAREN:

LEONARD MARINUS (1825-1882) EN HERMAN (1827-1916) BEELS. N.P. 1940, BLZ. 14.

[p. 6]

N. BEETS (1814-1903) PREDIKANT, AUTEUR EN DICHTER. DE GENESTET SCHREEF TER ERE VAN HEM: AAN DE HOLLANDSCHE JONGENS VAN HILDEBRAND (E.G.). BEETS BEHOORDE TOT DE LETTERKUNDIGE KRING ROND HASEBROEK, PREDIKANT TE HEILOO.

S.J. VAN DEN BERGH (1814-1968) DICHTER EN UITGEVER. TEVENS OPRICHTER DER LETTERKUNDIGE VERENIGING ‘OEFENING KWEEKT KENNIS’ TE 'S GRAVENHAGE.

CD. BUSKEN HUET (1826-1886) SCHRIJVER, DICHTER EN CRITICUS (SCHUILNAAM THRACYBULUS).

HENDRIK CARBASIUS (1812-1862) KOMT VRIJ FREQUENT VOOR IN HET DAGBOEK VAN G.J. DE CLERCQ. ZIE OOK N.P.

ISAÄC DA COSTA (1798-1860). ZIE: DR. M.E. KLUIT: HET PROTESTANTSE RéVEIL IN NEDERLAND EN DAARBUITEN (AMSTERDAM 1970). A. DA COSTA (1815-1865) ZOON VAN ISAÄC EN JURIST.

JAN VAN EEGHEN (1826-1865) STUDEERDE AAN HET ATHENAEUM TE AMSTERDAM (1844-1848) EN PROMOVEERDE TE LEIDEN (1850).

ADRIAAN GILDEMEESTER (1828-1901): CIVIEL INGENIEUR SINDS 1848. HIJ TROUWDE MARGARETHA ELISABETH DE CLERCQ IN 1853. OOK ZIJN ZUSTER PAULINA EN ZIJN BROERS HERMAN EN EDUARD KOMEN VOOR.

[p. 7]

JEAN HENRI DE GREEF (1821-1878) WAALS PREDIKANT.

KEES HARTSEN (1823-1895) JURIST EN ZIJN MOEDER DE WED. J.B. HARTSEN KOMEN VOOR.

JAN VAN DER HUCHT GENOEMD IN HET DAGBOEK VAN G.J. DE CLERCQ 1845-4-5 EN 1845-4-22.

E.H. 'S JACOB, STUDIEVRIEND, GING LATER, NA ZIJN OPLEIDING IN DELFT, NAAR NED. OOST-INDIë. DE GENESTET WIJDT EEN GEDICHT AAN ZIJN VERTREK (1850); IN DE BUNDEL ‘EERSTE GEDICHTEN’ OPGENOMEN.

J. KNEPPELHOUT (1814-1885) AUTEUR VAN ‘STUDENTENTYPEN’ ONDER PSEUDONIEM KLIKSPAAN (1841) EN VAN VELE ANDERE PUBLICATIES.

A.C. KRUSEMAN (1818-1895) BOEKVERKOPER EN UITGEVER TE HAARLEM.

JACOB VAN LENNEP (1802-1868), JURIST EN ROMANSCHRIJVER. ZIE: M.F. VAN LENNEP. HET LEVEN VAN MR. JACOB VAN LENNEP (AMSTERDAM 1909). OOK MAURITS (1830-1913) ZIJN ZOON EN WILLEM (1833-1903) ZIJN HALFBROER, WORDEN GENOEMD.

[p. 8]

C.W. VAN DER POT (1813-1891) STUDEERDE LITERATUUR EN THEOLOGIE AAN HET AMSTERDAMS ATHENUEUM EN HET REMONSTRANTS SEMINARIUM.

JACOBUS NICOLAAS SCHELTEMA (1821-1905) EN M.W. SCHELTEMA (1826-1904). STUDIEVRIENDEN LATER PREDIKANTEN.

JOH. TIDEMAN (1807-1891) HOOGLERAAR AAN HET REM. SEMINARIUM TE AMSTERDAM (1856-1872). HIJ SCHREEF: DE HOOGLERAAR ABRAHAM DES AMORIE VAN DER HOEVEN DOOR ZIJN OPVOLGER HERDACHT (1856).

C.P. TIELE (1830-1902) STUDIEGENOOT EN REM. PREDIKANT. HIJ GAF DE GEDICHTEN VAN P.A. DE GENESTET UIT (1869).

ANNA LOUISE GERTRUIDA TOUSSAINT (1812-1886), ROMANSCHRIJFSTER EN REDACTRICE VAN DE ALMANAK ‘VAN HET SCHOONE EN GOEDE’.

J.D. VEEGENS (1798-1861), RECTOR DER LATIJNSE SCHOOL TE AMSTERDAM, SINDS 1846.

M.J. VERKOUTEREN, AMSTERDAMS ARTS, ZIE: MED. CONTACT 1976, BLZ. 1657 EN BRIEF 21-5-1848.

JOH. VAN VLOTEN (1812-1883) THEOLOOG EN HOOGLERAAR TE DEVENTER. VELE PUBLICATIES STAAN OP ZIJN NAAM O.A. PASSCHIER DE FIJNE NAAR ZIJN LEVEN EN GESCHRIFTEN (1853).

[p. 9]

B.G. DE VRIES VAN HEIJST (1826-1894), GEBOREN IN DEN HAAG. STUDIEVRIEND EN LATER REMONSTRANTS PREDIKANT.

A. WILLET (1790-1851), AMSTERDAMS ARTS. N.P. 3-1912, BLZ. 438 EN MED. CONTACT 1976, BLZ. 1657.

MR. J.L. WOLTERBEEK (1831-1913) STUDEERDE AAN HET ATHENUEUM TE AMSTERDAM (1848-1850) EN WERD JURIST.