Brief no. 209 Aan A. da Costa
Datum: 6 januari 1860
uba
Amice,
Gij moet het niet wijten aan gebrek aan hartelijke belangstelling in het droevig lijden van Uw edelen Vader, dat ik niet eens bij U aankoom. Ik had het dezer dagen bepaald willen doen. Maar al sedert Oudejaarsdag ben ik weêr aan huis geboeid, daar ook mij lief jongske waarschijnlijk heengaat - naar zijn moeder. Laat mij maar zeggen: er is geen hope meer, dat ik hem hier behouden zal. Gij zult mij dus vooreerst wel niet zien. Zoo gij kunt, groet nog eens van mij ook, den man, voor wiens hart en genie, ik, bij groot verschil van