Welke kunstjes Kardoes al deed(ca. 1873)–C.C. Fuchs– AuteursrechtvrijEen geschenk voor lieve kleinen Vorige [pagina 27] [p. 27] Wat Kardoes voor zijne moeite kreeg. ‘Hoe spreekt de hond?’ zoo zegt ons fritsje Met een broodje in de hand; Terwijl zijn kleine zuster betje Staroogt op de hengselmand. Kardoesje deftig opgezeten, Gelijk een' hond voegt van fatsoen, Doet zijne stem nu luide hooren, Dit mogt hij twee of driemaal doen; [pagina 28] [p. 28] Maar frits hield niet van dierenplagen, Hij ziet het dier heeft etenstrek, En laat het broodje langzaam glijden! Kardoesje vangt het in zijn' bek. Wie niet arbeidt, zal niet eten, Deze spreuk is oud en goed; Maar die werkt, dit moogt gij weten, Is ook waard, dat men hem voedt. Vorige