Chrysanten, roeiers(1977)–Hans Faverey– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 241] [p. 241] [Ik zit in mijn cirkel] Ik zit in mijn cirkel en stel mij een oneindig aantal veelhoeken voor: ik zie het me al doen. De boot, op het land getrokken, is niet meer van mij; hoeft niet meer van mij te zijn. Ik ben haast waar ik wezen moet: al was ik het zelf die op de oever zit, of liever: op de oever ligt, onder geoorde, zilver- of amandelwilgen, daaraan al zo lang zijn hangende de harpen; de gewurgden. Vorige Volgende