De liedjes van Ome Willem(1977)–Karel Eykman– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 40] [p. 40] Met de kleine de stad in Met m'n zoontje in de stad. Hoe vind je dat? Dat is pas wat. Met m'n zoontje in de stad, dat kan nog eens wat worden. Eerst de snoepjeswinkel in, voor spekjes, veterdrop en koeken, waar hij dan een smoes verzint, dat hij iets extra's uit mag zoeken. Daarna naar de bioscoop. Daar zijn ‘de dunne en de dikke’. En hij zeurt niet, maar hij hoopt, dat hij daarbij een ijs mag likken. Tenslotte zeg ik: ‘kom ga mee, nu gaan we als twee echte vrienden een glaasje pakken in mijn café. Ik dacht wel dat we dat verdienden.’ Met mijn zoontje in 't café Dat is okee. Da's mijn idee. Van zijn pinda's in dat café, mag ik altijd mee snoepen. Vorige Volgende