De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd214. Albert Verwey aan P.N. van Eyck, 25 december 1914Noordwijk/zee 1 ste Kerstdag '14
Beste Van Eyck, Daar was dan toch nog je brief, juist nadat ik mijn briefkaart had afgezonden, en juist vóor Kerstmis. Ik ontving hem gisteravond. Het was al dadelijk een bizonder bevredigend verhaal voor me dat Italië je boeit, dat je er werk vindt, dat de Renaissance je meer blijkt te zijn dan het koude, schematische waar je ze eerst voor gehouden had. Geloof me, de drang waarmee iedere tijd vroegere eeuwen van ontwikkeling wil uitschakelen, is een eerbiedwaardige, maar met dat al een bekrompene. Hij komt niet uit haat voort, maar wel uit een al te uitsluitende liefde. - Je velt over je zelf als dagbladschrijver een scherp oordeel. Ik geloof dat de waarde van je brieven sterk beïnvloed wordt door je onderwerp. Inspireert het je, dat geven ze een fijner genot dan doorgaans een krantenartikel. Laat het je onverschillig, dan mist je stijl - wat hij altijd mist: de loopjes waarmee een persmensch - geboren of ervaren - het onbeduidende smakelijk maakt. Desniettegenstaande zijn er dagbladschrijvers die ook zonder die | |
[pagina 46]
| |
loopjes op den duur gehoor afdwingen: de degelijken die voet bij stuk houden, en langzamerhand erkend worden vanwege hun zakelijkheid. Wij schrijven maar altijd door, terwijl een halve dagreis hier vandaan millioenen menschen hun Kerstmis onder de kogels vieren. En het ergste is, dat die toestand ons meer en meer gewoon moet worden. Wij moeten zelfs trachten alle betrekkingen, binnen en buiten de grenzen, vasttehouden en voorttespinnen met een uitzicht op na de oorlog. Zelfs een platgebrand en uitgemoord België laten we naast ons liggen en verharden ons. Je zult wel gemerkt hebben dat mijn voornaamste opzet, van Augustus af, dit weven aan de betrekkingen met Duitschland geweest is. Nooit heb ik zoo sterk gevoeld als sedert deze oorlog dat de europeesche gedachte - èn de kunst èn de poëzie - internationaal moet zijn of niet zijn. Er is niets meer aan te veranderen; en de internationaliteit van de gedachte is het eenige wat de oorlog tegenover zich vindt. Ik schreef je, op mijn briefkaart, niet over de nieuwe gedichten van George. Ik hield ze voor mezelf apart, omdat zij alleen voor mij meer beteekenen dan al het andere. Ten eerste zijn drie ervan - Gebet, Hyperion, An die Kinder des Meeres - me een verrassing geweest. Ze zijn anders dan G's gedichten van de laatste jaren, naderen meer tot de bewogene soort waar ik een vriend van ben. Maar ten tweede zijn ze ook in George's werk een nieuwe staat, en wel een waardoor hij mij dichter nadert. Mijn opstel in het Jan i n zal er je over inlichten.Ga naar voetnoot119 Dat nummer is klaar. Ik begrijp heel goed dat je verdienste moet zoeken, maar - kan het zijn - stuur dan alles wat je daartoe help en moet, eerst aan mij. Gaat het met de Beweging boven verwachting, dan kan ik zien of onze belangen te vereenigen zijn. - Voorloopig niet meer. Een gelukkig jaar '15. Met hartelijke groeten, ook aan Nelly en van de huisgenoten Je Alb. V.
Van Querido zie ik nooit iets. Ook zijn Jordaan heb ik niet gelezen. Je gedichten zullen natuurlijk zéér welkom zijn. Het uitblijven van alle omvangrijker bijdragen werkt hoogst storend. Je gedichten-handschr. ligt hier veilig. - Gister zond Cronheim mij mijn N.jaarsmorgen volledig in het Duitsch vertaald.Ga naar voetnoot120 Morgen komt Else Bukowsky hier. -Ga naar voetnoot121 | |
[pagina 47]
| |
Hyperion
1
Wo an entlegnem gestade
Muss ich vor alters entstammt sein
Brüder des volkes?
Dass ich mit euch wol geniessend
Wein und getreid unsres landes
Fremdling euch bleibe?
So wie ich sondert des sohns
Ahnender stolz von geschwistern
Späterer heirat
Selbst unter freundlichen spielen
Innerlich fern und versichert
Besseren vaters.
Ihr die in sinnen verstrickten
Ihr die in tönen verströmten
Schlaff dann beim werke:
Lernt nicht des tanzenden schritte
Holde gebärde der freude
Roh da ihr schwank seid,
Fruchtbarem bund nicht gefüge
Ihr auch zu zweien allein:
Ihr mit dem spiegel.
2
Ahnung gesellt mich zu euch
kinder des Inselgebiets
Die ihr in anmut die tat
bilder in hoheit ersannt
Spartas gebändigten mut
Ioniens süsse vermählt.
Jugendlich tanzt Der den chor
helden gestaltend als mann
Lieblichen gastmahls ist herr
lenker in staates gefahr
Und keine weisheit bis heut
hat dort die Gründer vertieft.
Was diese meere befuhr
was diese küsten durchzog!
Wo als die neige schon nah
unter zypressen des tals
Weitester lehrer der zeit
| |
[pagina 48]
| |
adligsten schuier geführt.
Ihr habt Erlesne des glücks
wo ihr auch griffet gesiegt
Die ihr von greisen den schatz
enkeln gesammt übertrugt
Die ihr in fleisch und in erz
muster dem menschtum geformt
Die ihr in reigen und rausch
unsere götter gebart.
Weh! ruft der tausende schrei
dass dies musst untergehn!Dass nach dem furchtbaren fug
leben am leben erstirbt
Weh! auf des Syrers gebot
strüzte die lichtwelt in nacht.
3
Ich kam zur heimat: solch gewog von blüten
Empfing mich nie..ein pochen war im feld
In meinem hain von schlafenden gewalten,
Ich sah euch fluss und berg und gau im bann
Und brüder euch als künftige sonnen-erben:
In eurem scheuen auge ruht ein traum
Einst wird in euch zu blut der sehnsucht sinnen..
Mein leidend leben neigt dem schlummer zu
Doch gütig lohnt der Himmlischen verheissung
Dem frommen..der im Reich nie wandeln darf:
Ich werde heldengrab, ich werde scholle
Der heilige sprossen zur vollendung nahn:
MIT DIESEN KOMMT DAS ZWEITE ALTER, LIEBE
GEBAR DIE WELT, LIEBE GEBIERT SIE NEU.
Ich spräch den spruch, der zirkel ist gezogen..
Eh mich das dunkel überholt entrückt
Mich hohe schau: bald geht auf leichten sohlen
Durch teure flur greifbar im glanz der Gott.
Hyperion is die van Hölderlin, uit wiens boek de twee regels kapitaal met een kleine wijziging zijn overgenomen. Holst 2 de druk heb ik niet ontvangen.Ga naar voetnoot122 Ik ben benieuwd naar de reorganisatie van de Zilverdistel.Er is in je brief nog meer waar ik op zou willen antwoorden maar ik vind het | |
[pagina 49]
| |
beter telkens maar te sturen wat ik op 't papier gooi. Mijn geest staat tegenwoordig ook in de loopgraaf. O ja, nog 't adres van Hellingrath. Hij zelf staat misschien in een werkelijke, als hij nog staat. Hij woonde (Norbert v.H.): 23 Ungererstr, 56IIr (welke hiëroglyphen me niet helder zijn) München. Tegelijk hiermee als drukw. 3 Kath. Rheims. |
|