Gezangboek voor vrijmetselaaren

[p. 30]

Vermogen der orde.

Air: Jadis un célèbre Empereur.

Zing, zing, verëende Broederschap!

Zing de Orde der Vrij-Metselaaren,

En wil, met juigchend handgeklap,

Haar' roem vermelden op uw snaaren:

Zing: hoe hier elk, vernoegd en blij', } bis.

Werkt tot geluk der maatschappij: }

Hoe men hier burgers voor den Staat

Ziet vormen; elk' zijn pligt betrachten;

Geen afgunst kent, noch twist, noch haat,

De deugd alleen; geen aanzien achten:

Hoe elk van ons, vernoegd en blij', } bis.

Het heil bewerkt der maatschappij. }

[p. 31]

 

Hoe, deelende in elkanders leed,

 

Wij balzem gieten in de wonden.

 

Meêlijdend, en tot troost gereed

 

Wordt ieder in zijn' kring gevonden.

 

Elk onzer schenkt graag laavenis } bis.

 

En hulp, waar hij die schuldig is. }

 

 

 

Waar klinkt, op juistren toon, de vreugd,

 

Dan binnen deez' gewijde wanden?

 

Waar zag, waar ziet men, voor de deugd,

 

Zoo rein als hier, haare outers branden?

 

Elk onzer, vergenoegd en blij', } bis.

 

Zet haaren eerdienst luister bij. }

 

 

 

Gij, Godlijke Orde! doet den mensch

 

Het doel van zijn bestemming vinden;

 

Gij onderwijst hem hoe, naar wensch,

 

Zich aan het redensnoer te binden.

 

Gij, Godlijke Orde! maakt ons vrij } bis.

 

Van aller driften dwinglandij. }

[p. 32]

 

Dat vrij de waerald. op u smaal'!

 

Zij kan, noch zal u immer daaren;

 

Weldra zult gij op logentaal

 

En drieste domheid triumfeeren;

 

Doen zien, in spijt der dwesperij, } bis.

 

Hoodanig uwe strekking zij. }