De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 19. Brieven 2751-2986

2986 Aan Georgius Loxanus
Freiburg, 1534

Erasmus van Rotterdam aan Georgius Loxanus, ridder, vicekanselier van Bohemen, gegroet

Hoe ver je ook van mij verwijderd bent, je woont toch met me samen, niet alleen onder één dak, maar ook in dezelfde kamer, zodat ik je niet kan vergeten, als ik dat zou willen. Met je aanwezigheid sier je het hof van Ferdinand op, met je afwezigheid mijn huis.^1. Ik had nog veel meer willen schrijven, maar Desiderius de Simandris maakt haast. Niettemin wil ik dat je ervan overtuigd bent dat Erasmus niets zo graag wenst als jou in alles een genoegen te doen. In schrijf dit meteen na de maaltijd, tegen mijn gewoonte. Het ga je goed.

Gegeven te Freiburg im Breisgau, in het jaar 1534

1. Vermoedelijk had Loxanus een penning met zijn eigen afbeelding aan Erasmus toegestuurd.