De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 19. Brieven 2751-2986
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2873 Van Juan Ginés de Sepúlveda
| |
[pagina 206]
| |
caan ligt namelijk een zeer oud Grieks handschriftGa naar voetnoot1. dat beide Testamenten bevat, nauwkeurig en zorgvuldig in hoofdletters opgeschreven en sterk afwijkend van de gangbare teksten. Want nadat ik door Zúñiga hierop was gewezen, heb ik het op me genomen de zaak te onderzoeken en teksten te vergelijken. Dat dit van alle handschriften het zuiverste exemplaar is, blijkt zowel uit de ouderdom ervan en de zorgvuldigheid van de kopiist als uit het gegeven dat het in hoge mate overeenstemt met onze oude vertaling, waarvan niet mag worden betwijfeld dat die eveneens op basis van een bij uitstek zuiver exemplaar is vervaardigd en door ons voorgeslacht aan ons is overgeleverd. Aangezien zodoende de overige boeken verbeterd moeten worden aan de hand van dit betrouwbare handschrift, dat als het ware de norm is waarnaar ze zich moeten richten, kun je je zelf een voorstelling maken van het werk dat moet worden gedaan. Neem van me aan dat de gangbare Griekse tekst zelden afwijkt van onze oude vertaling (en die afwijkingen zijn talrijk, zoals je weet) zonder dat ze eveneens afwijkt van dit Vaticaanse handschrift. En om je niet in het ongewisse te laten: ik heb op 365 plaatsen tekstafwijkingen vastgesteld. Wat mij ertoe aanzet jou hierop in algemene zin te wijzen, aangezien ik jouw loffelijke reputatie met des te meer graagte ben toegedaan omdat die me nauw verbonden lijkt met het algemeen belang, staat me overigens evenmin toe te verzwijgen wat ik al lang geleden heb opgemerkt in het vierde hoofdstuk van de Brief van Paulus aan de Galaten. Ik las de brieven van Paulus, zoals ik tegenwoordig dikwijls in het Grieks en soms in het Latijn pleeg te doen, naargelang het boek me in handen komt, zeker niet om tot afgunst van wie dan ook mijn vernuft te beproeven door het Latijn met het Grieks te vergelijken, maar om de betekenis daarvan dieper tot mijn geheugen te laten doordringen. Toen ik dan stuitte op de passage die in de oude vertaling luidt: ‘De Sinaï is een berg in Arabië, die grenst aan die welke nu in Jeruzalem staat’,Ga naar voetnoot2. kon ik, na de zaak nader te hebben onderzocht, niet anders dan me erover verbazen dat de geografische situatie zo sterk afwijkt van de woorden van Paulus. Het staat immers vast dat de berg die aan Jeruzalem heet te grenzen, op vele dagreizen van die stad verwijderd is. Mijn bezorgdheid werd nog veel groter door het commentaar van Thomas die, nadat hij heeft gezegd dat dat beide plaatsen twintig dagreizen van elkaar verwijderd zijn, uitlegt dat ze toch aan- | |
[pagina 207]
| |
grenzend worden genoemd vanwege de ononderbroken tocht van de joden.Ga naar voetnoot3. Omdat ik argwaan koesterde tegen wat er stond, leek het mij toen dan ook een goed idee het Griekse handschrift te raadplegen, dat gemakkelijk alle twijfel bij mij wegnam. Het bevat namelijk de volgende tekst: ‘Want Hagar is de berg Sinaï in Arabië die overeenkomt met het huidige Jeruzalem’. Als ik me niet vergis, verschilt de ware betekenis van deze woorden sterk van zowel de oude vertaling als van de jouwe, die ik, niet tot mijn spijt, eveneens heb bekeken. Het woord sustoichei betekent immers niet ‘naburig’ of ‘aangrenzend’, zoals jij het tot mijn verbazing vertaalt, want sustoicha zijn zaken die verwante proporties en ordeningen hebben, zoals Aristoteles op vele plaatsen leert; een dergelijke verwantschap wordt door die filosoof steevast sustoichia genoemd, bijvoorbeeld in het eerste en derde boek van de Physica over het gehoor, evenzo in het eerste boek van de Nicomacheïsche ethiek en op zeer veel andere plaatsen. Maar hoewel niemand volgens mij die woorden vaker gebruikt dan Aristoteles, maakt Suidas hun betekenis toch bijzonder duidelijk: ‘Sustoicha’, zegt hij namelijk, ‘wordt gezegd van zaken die onderling verwantschap vertonen, wat ook naar analogie kan zijn’, enzovoort.Ga naar voetnoot4. Mij lijkt dan ook dat de passage beter als volgt kan worden vertaald: ‘Want Hagar is de berg Sinaï in Arabië, die van dezelfde aard is als het huidige Jeruzalem’. De betekenis is namelijk: de Sinaï, waarmee Hagar zinnebeeldig wordt aangeduid, is een berg in Arabië, die van dezelfde aard en verhouding is als de stad Jeruzalem die wij nu met onze lijfelijke ogen zien, want zoals de ene aards is, zo is de andere dat ook, en beide verhouden zich op dezelfde wijze tot het hogere - dat wil zeggen: het hemelse - Jeruzalem. Dit is dan wat mijn plichtbesef en mijn respect voor jou mij hebben bewogen je te schrijven. Het is aan jou ons terug te schrijven wat je denkt, wat je gedaan hebt en wat je van plan bent. Het ga je goed. Rome, 23 oktober in het jaar 1533 na de geboorte van Christus |
|