Den lacchenden Apoll, uytbarstende in drollige rymen(1667)–Pieter Elsevier– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Aen een Jalourzen. IK weet wel dat gy soo jalours zijt van'u Vrouw, O Wreeden Tyger! dat gy t'aller uuren wouw Dat zy de moortstack, En ick mijn Poort brack, Of zoo gy yetwes door het wenschen krijgen kond', Gy wenste wel, dat ik gelubt was als een hondt. P.E. Vorige Volgende