Den lacchenden Apoll, uytbarstende in drollige rymen(1667)–Pieter Elsevier– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 29] [p. 29] Aan François Snellinx, op mijn vertrek na Haarlem. HEt noodlot dwingt my nu te scheyden van het Sparen Dewijl het my misgunt uw' tegenwoordigheyt: Vaar wel, wy spreken dan elkander door de blaren: Geen Oceaan zoo groot die onze lettren scheyt. P.E. Vorige Volgende