| |
Roger (Estienne) 1664/ 65-1722, Waals
Leven
Geb. Caen 1664/65, 3-2-1686 lid Waalse Gem., begr. Walenkerk 7-7-1722 (3de kl.), zoon van Estienne Roger, ondertr. kerk 11-8-1691 Marie Susanne de Magneville, geb. Baieux 1670/71, begr. Walenkerk 13-4-1712 (4de kl.).
25-11-1710 test. voor not. Hoekebak (N.A. 5918, 975).
23-1-1715, 11-9-1716, 4-11-1718 en 22-6-1720 test. voor not. de Wilde (N.A. 6459, 48 en 93, 6460, 54 en 6461, 43).
1-4-1723 inv. van de nalatenschap voor idem, opgemaakt na de dood van de dochter Jeanne, 21-5-1723 scheiding van de nalatenschap voor idem (N.A. 6517, 91 en 138).
| |
Adressen
1691 bij de Haarlemmerpoort, 23-3-1699 Kalverstraat hoek St. Luciensteeg (zie Uitgeverij), 22-12-1699 Kalverstraat hoek Gapersteeg (KS 639), 28-2-1709 Kalverstraat, verhuisde vermoedelijk 1-5-1709 naar Singel op de Hoge Sluis bij Malta (A.C. 2-5-1709), 1712 Singel 5de huis van Malta. Dit laatste was een stuk van het tegenwoordige no. 179. Sedert 1715 (test.) wordt steeds gesproken van Singel bij de Jan Rodenpoortstoren of sedert 1722 (test. Jeanne) Singel over de Driekoningenstraat. Daarheen verhuisde le Cène 1-5-1723 (papieren Drinkman weeskamer). Indien Roger steeds op één adres woonde, zal het het tegenwoordige no. 183 (5de van Malta) geweest zijn (Bergstraat, zie le Cène, moet een vergissing zijn).
| |
| |
| |
Boekhandel en muziekdrukkerij
10-10-1695 geciteerd om het gilde te kopen, 24-10-1695 aangenomen, daar hij 3½ jaar bij Pointel en 1 jaar bij de Lorme had gewerkt (G.A. 52), 7-11-1695 gildelid, betaalt jaarzang tot zijn dood toe.
1715 bepaalde Roger in zijn testament, dat tot de meerderjarigheid van zijn dochter Johanna of Jeanne de koperen platen gemeenschappelijk bezit zouden blijven en door de executeuren gebruikt zouden worden, met uitzondering van de platen van de Opera's Cadmus, Proserpina, en Alcestis en de platen van de werken, die tweemaal gesneden waren, waarvan de dubbelen verkocht konden worden om te smelten of als nieuwe platen gebruikt zouden kunnen worden, maar niet voordat ze onbruikbaar waren gemaakt. Op 26-5-1716 sloot hij voor not. de Wilde een contract met le Cène, zijn toekomstige schoonzoon. Roger behield zich alle muziek voor en admitteerde le Cène voor de helft in de rest van zijn boekhandel, ook wat de schulden betrof, die op zijn hoogst f 27000. - bedroegen en 800 riemen nog niet betaald papier. Ze zouden met elkaar wonen en de huishouding betalen uit de compagnieschap. Bij scheiding zou le Cène alles in twee helften verdelen en Roger de eerste keuze hebben. (N.A. 6503, 779). Deze compagnie bleef bestaan tot 20-6-1720. Bij de likwidering voor not. de Wilde behield Roger alles en keerde aan le Cène f 20000. - uit (volgens de huw. voorwaarden), en wel f 1500. - in geld, 2000 exemplaren Theatre Italien met platen en recht van copie benevens de vermeerderde exemplaren voor f 4.10. - per stuk en f 9500. - in een obligatie tegen 4%. Le Cène hield de copie en platen van Le Voyage de Thevenot, door Roger gekocht in de auctie van H. Desbordes, maar zou daarvoor betalen. (N.A. 6511, 169). Bij zijn testamenten van 1716, 1718 en 1720 maakte Roger vele ingewikkelde bepalingen, wat Jeanne betreft, zij zou steeds alles hebben, wat de muziek betrof: de koperen platen voor een bedrag, dat gelijk was aan hetgeen Françoise mee ten huwelijk had gekregen, in 1720 getaxeerd op f 20500. - of 17 st. per pond koper, de rest voor
f 3000. -, namelijk ‘toutte la musique imprimée dudit testateur avec les servantes (Holl.: noten) à l'imprimerie, tous les livres qui traittent de la musique ou qui l'enseignent, toutte la musique gravée ou imprimée, qui sera trouvée dans sa succession, toutte la musique que le testateur a envoyez en commission en quelque endroit que se puisse etre, toutte celle qui sera trouvée dans sa boutique ou magazins, soyt de sa propre impressions ou d'impression etrangere, tout le papié rayé, doré et marbré, en un mot tout ce qui concerne la musique ou en depend’. Jeanne moest de knecht Gerrit Drinkman in dienst houden voor f 8.4. - per week, bij vertrek f 300. - of bij overlijden f 150. - aan zijn weduwe. Wat de dochter Françoise betreft, in 1716 zou zij de gehele boekhandel krijgen met de schulden (± f 27000. -) en vorderingen, maar daartegenover f 8000. - aan Jeanne moeten afdragen over een tijd van 10 jaar. In 1718 werd een vrij onduidelijke bepaling over de afwikkeling van de compagnie in het testament opgenomen, o.a. betreffende de schulden (f 20000. - à f 25000. -). In 1720, twee dagen na de likwidatie van de compagnieschap, bij zijn laatste testament noemde Roger zijn gewone boekhandel niet meer speciaal. Le Cène was intussen reeds met een eigen fonds begonnen. Op 21-3-1720 droeg Caspar Fritsch te Den Haag voor not. de Wilde aan hem over 40000 cahiers de l'Histoire des ouvrages des sçavans met recht van copie, 560 exemplaren Oeuvres de Rousseau I en II met recht van copie van 't gehele werk, het recht van copie van de Memoires de Mons. de la Fare sur les evenemens pendant la regne de Louis XIV en twee manuscripten, Memoire historique, politique, anecdote par Mr. Amelot de la Houssaye en ‘manuscript
historique d'Amenophis, prince de Libie.’ Le Cène zou de transportkosten betalen en verder als betaling 50 exemplaren van het Theatre Italien van Gherardi geven en f 3000. - in 12 halfj. term., eveneens in boeken, waarbij groot papier op 6 duiten en klein papier op 4 duiten per vel zou worden gerekend. (N.A. 6511, 83). Op 4-4-1720, 28-11-1721 en 15-1-1723 gaf le Cène procuraties voor not. de Wilde om geld te innen van de boekverkopers John Crawford te Dublin, William Bray te Londen en Rou- | |
| |
billac te Berlijn (N.A. 6511, 93, 6514, 368 en 6517, 14). Op 9-4-1721 leenden le Cène en zijn vrouw f 400. - van Jacob Boulle Duval, terug te betalen in 3 term. van 2 maanden (N.A. 6513, 108). Uiteraard was le Cène verlangend om na de dood van Jeanne Roger in het bezit van de muziek te komen. Die had echter haar knecht Gerrit Drinkman tot erfgenaam benoemd (zie bij Jeanne Roger). Met zijn weduwe - hij stierf vlak na Jeanne - moest tenslotte de afwikkeling van de nalatenschap, ook van Estienne Roger, worden geregeld. Op 16-3-1723 werd in het geschil, dat daarover ontstond, aan twee advocaten en Wetstein en Waesberge de zaak gerenvoieerd. Op 1 april werd een inventaris opgemaakt van de nalatenschap ten tijde van het overlijden van Jeanne, op 10-12-1722. De meubelen waren toen al verdeeld. Aan munten en geld was er f 1304.19. -, aan koperen platen in huis £ 18634½, bij de drukker Kops £ 5884, tezamen f 20840.14.8, nog enige platen, naderhand gevonden, en enige platen door Jeanne na de dood van haar vader laten snijden, niet getaxeerd; aan gedrukte muziek f 3000. -, aan papier 4 riem en 15 boek groot mediaan, 9 dito klein mediaan, 52 dito gemeen papier; aan boeken f 29739.14. -; een tuin op het Hoedemakerspad f 800. -; uitstaande schulden pro memorie; 75 exemplaren van Newton Philosophiae
mathematicae principia, na het maken van de catalogus bezorgd door de compagnie van boekverkopers, waarin Roger deel had; uitgekeerd huwelijksgoed pro memorie. Op 30-4-1723 verklaarden de crediteuren, Frederik en Gerardus Stegman, D. Houlez, Elie Lombart, Benjamin de Brissac, C. v. Hoogenhuysen, Coenraadt Kops, A. Devaulx, Pieter Cochon (?), M. Doctor, Estienne le Jolle, Harmen Ravekes, Esaye Gillot, Pieter Dircksz de Jong, Brunel en P. de Coup, hun goedkeuring te geven aan de uitkoop, die le Cène met de weduwe van Gerrit Drinkman zou doen (Archief weeskamer, zie Jeanne Roger). Op 21-5-1723 deed de weduwe van Gerrit Drinkman bij deze uitkoop afstand van al haar rechten behalve op inboedel en clavecimbel, tegen een bedrag van f 22000. - (waarin een legaat van f 2000. - aan haar zoon), af te betalen binnen 6½ jaar met 4% rente. Als onderpand zouden haar de koperen muziekplaten worden gegeven, waarvan bij elke aflossing een gedeelte aan le Cène zou worden gegeven. Wat na 6½ jaar nog niet was afgelost, zou zij na een notariële aanzegging mogen verkopen. Zij zou de opslag op een zolder of in een pakhuis betalen. Le Cène zou alle schulden en ook de uitbetaling van de legaten tot zijn last nemen. Op 10-7-1723 regelde hij voor not. de Wilde o.a. de uitbetaling van een geheimzinnig legaat van f 3245. - volgens het testament van 1720 aan een onbekende, die bleek Ds. Benjamin de Brissac te zijn. Pas na de veiling der boeken zou le Cène kunnen beginnen met de betaling daarvan. (N.A. 6518, 168). Op 2-8-1723 vond die veiling plaats (G.A. 99); 20-9-12-11-1723 obligaties voor not. Wetstein aan le Cène van de boekverkopers Balthasar Lakeman van f 4378.10. -, Hermanus Uytwerf van f 770.10. -, François Changuion van f 4404.5.8, Estienne Valat van f 304.15.8, l'Honoré et Chatelain van
f 1058.10.6 en J.F. Bernard van f 5701. -, alle van 10 halfj. term. (N.A. 8301, 42, 59, 73, 76, 80 en 96). Op 5-, 11- en 17-11-1723 transporteerde hij de obligaties van f 1058.10.6 aan Pierre Bayeux, van f 4404.5.8 aan Brunel, van f 5071. - aan de weduwe Jean Fulchicq en merkwaardigerwijze de beide laatste nogmaals op 8-1- en 13-4-1724 aan Johannes Oosterwijk (N.A. 8301, 84, 92, 99, 122 en 8302, 5). Ook de Haagse boekverkopers hadden veel gekocht, zoals blijkt uit transporten van 1-8-1725 voor not. de Wilde aan Pierre Bayeux van 3 obligaties (waarvan reeds 2 termijnen afgelost zijn, de bovengenoemde van f 770.10. - van Uytwerf, van f 1113.14. - van Alexander Rogissart van 23-9-1723 en van f 829. - van Rutgert Alberts van 5-11-1723), van 23-10-1726 voor not. Schabaelje van Joh. Oosterwijk van een restant van f 3000. - (uit een obligatie van f 6000. - van Pierre Gosse en echtgenote van 9-10-1723) en van 4-4-1727 voor not. de Wilde aan Pierre Bayeux van een obligatie van f 4300. - (waarvan nog 4 termijnen waren te betalen) van 11-11-1723 van J. Swart. Alle obligaties waren voor notaris C. Jonas in den Haag verleden en waren verschuldigd in 10 termijnen. (N.A. 6522, 258, 6162 en
| |
| |
6526, 151). Ondanks al deze aflossingen en transporten van obligaties, kwam le Cène nog geld te kort, zoals blijkt op 1-6-1725, toen hij voor not. de Wilde van zijn broer f 3000. - leende tegen de vrij hoge rente van ½% per maand (N.A. 6521, 199).
| |
Uitgeverij
Van 1696 tot zijn dood verscheen een groot aantal uitgaven van hem op allerlei gebied, vrijwel uitsluitend in het Frans, een enkele in het Holl. of Latijn, in 1696 en begin 1697 tezamen met J.L. de Lorme (zie deel II). Hij maakte een specialiteit van uitgaven van muziek. Uit catalogi achterin de verschillende werken zijn deze uitgaven tot 1706 te reconstrueren en daarna weer sedert 1716, toen een aparte catalogus verscheen. In 1716 waren 411 nummers verschenen, bij zijn dood 495. Eenmaal wordt ook de naam van zijn vrouw op een uitgaaf genoemd, ± 1700, later die van zijn dochter Jeanne en zijn schoonzoon C.M. le Cène. (Voor literatuur zie Bijzonderheden).
18-1-1698 adv., dat bij hem is gedrukt en wordt verkocht ‘Alexandro Grandi Opera terza bestaende in 3 misse en 3 en vier stemmen met en sonder instrumenten en de senaten van Tomaso Albinoni en Torelli Opera sesta geplaet-drukt; bij den selven is mede te bekomen alle de nieuwigheden in musyk, die gedrukt werden in Italien, Vrankrijk en in Duytsland’ (A.C.).
23-3-1699 verklaring voor not. Bockx door de chirurgijns Bartolomeus de Moor en Joannes Bredesteyn ten verzoeke van Hendrik Anders, muziekmeester, en de schout, dat zij verleden donderdag, bericht hebbende ontvangen, dat bij Estienne Roger in de Kalverstraat op de hoek van de Sint Luciensteeg naar de Dam was gemaakt en werd verkocht een muziekboekje, genaamd ‘Trioos Allemande Courante, Sarabande, Gigue etc.’, gecomponeerd door Anders en door hemzelf met privilege uitgegeven, naar de winkel zijn gegaan en dat de Moor met andere boeken dit boekje heeft gekocht, tezamen voor f 5.12. - (N.A. 4445). Op 12-5-1699 werd Roger hiervoor door de schout gedaagd; op 14-7-1699 werden de stukken overgenomen zonder dat blijkt, wat er verder gebeurde (Schoutsrol).
1699 verscheen bij hem La Vie de Socrate. Par Mr. Charpentier de l'Academie Françoise. Troisième Edition, reveuë & augmentée. A Amsterdam, Aux dépens d'Etienne Roger, marchand libraire chez qui on trouve toute sorte de musique. Dit boek heeft op pag. 307 de mededeling: ‘A Amsterdam. De l'imprimerie de Daniel Boulesteys de la Contie, dans l'Elandstraet. 1699.’
12-3-1705 ‘Tot Amsterdam zijn bij Estienne Roger geplaetdrukt, en werden verkogt Sonate da camera del signore Stephani Abbati etc. met twee vioolen, een alte en een basse; deselve sullen nevens een generael asortiment van musyk in de Frankfortse mis verkogt werden.’ (A.C.).
21-11-1705 kreeg hij privilege voor Les Plans et les descriptions de deux des plus belles maisons de campagne de Pline le Consul... Par Mr. Felibien des Avaux, imprimé à Paris chez Florentin & Pierre de l'Aulne anno 1699, avec privilege du roy. Dit werk verscheen evenals enkele andere werken van Felibien, echter als enige met privilege, in 1706 bij Roger.
1706 verschenen bij hem twee preken van Ds. Benjamin de Brissac, de ene van 1706, de andere van 1693 (Haag).
12-7-1707 adv. dat hij heeft ‘kortelings vele nieuwe musijk uytgegeven; en gedrukt Les Voyages de Schouten 2 delen, in 12. of Recueil des voyages de la compagnie des Indes tom. 6 en 7. Le Chirurgien d'hopital de Mr. Beloste 4de druk veel vermeerdert, in 12. Lettre de Mr. Cyprianus touchant un foetus tiré du corps d'un femme aprez vingt & un mois de grossesse, in 12. Histoire de la sultane de Perse ou les contes Turcs in 12. Reponse de Mr. de la Placette à deux objections de Mr. Bayle in 12. Entretiens sur la correspondance fraternelle de l'Eglise Anglicane avec les autres Eglises Protestantes, par Mr. de la Mothe gros tête in 12.’ Verder volgt een opsomming van boeken, die hij uit Parijs heeft ontvangen.
| |
| |
1707 moet Pierre Mortier reeds begonnen zijn de muziek van Roger na te drukken; op 2-2-1708 blijkt dit voor de eerste maal uit een brief van de Lorme aan Ballard (zie deel I 61), de Parijse muziekuitgever, wiens werken Roger ook vaak nadrukte. Over deze kwestie is door Pincherle en Lesure uitvoerig geschreven (zie Bijzonderheden). Hier wil ik nog twee kanten van deze zaak behandelen, die bij hen niet ter sprake komen. In de eerste plaats, dat Mortier niet alleen muziek nadrukte, maar ook andere boeken. Ik kan er hier vijf noemen, alle uit 1708. Dat zijn de bovengenoemde werken van Belloste (een nadruk van Roger van een Parijse uitgaaf van L. d'Houry van 1696) en Cyprianus, tezamen in één deel, en de Voiage de Gautier Schouten aux Indes Orientales (een vertaling van de Oost-Indische voyagie, die in 1676 bij J. van Meurs te Amsterdam was verschenen), welke uitgaven alle in 1707 bij Roger waren verschenen. Dan zijn het een aantal werkjes van Le Noble, waarvan zowel Roger als Mortier in 1708 nadrukken van de Parijse uitgaven brachten, te beginnen met Dialogue entre le diable boiteux et le diable borgne. Tenslotte is het de Déscription de l'ile Formosa en Asie dressée sur les mémoires du Sieur George Psalmanaazaar, een vertaling van een Engelse uitgaaf van 1704, An Historical and geographical description of Formosa, en in 1705 door Roger in het licht gegeven, die Mortier in 1708 als Description de l'isle Formosa als nadruk bracht. Merkwaardig is, dat de twee uitgaven dezelfde platen hebben. Hoe Mortier in het bezit van de koperplaten van Roger kwam, kan ik niet verklaren.
Behalve in de boeken zelf, waar meestal èn op de titelpagina èn ook binnenin door beide boekverkopers hun eigen muziek werd aangeprezen, terwijl die van de concurrent werd afgekamd, voerden zij een nog heviger strijd in de Amsterdamsche Courant. Mortier was al in 1708 op zijn titelbladen gaan zetten: ‘chez qui l'on vend toute sorte de musique’; Roger volgde hem door zijn vroegere ‘chez qui l'on trouve un assortiment général de toute sorte de musique’ te veranderen in ‘chez qui l'on trouve un assortiment général de toute sorte de musique, qu'il vendra toûjours à meilleur marché que qui que ce soit quand même il devroit le donner pour rien.’ Op 5-6-1708 opende Roger de strijd in de courant: ‘Heeft geplaetdrukt Albinoni Opera quinta. Hij verkoopt dit werk voor 3 guld., en die genen, die 25 exemplaren te gelijk willen kopen, kunnen deselve tot sijnent voor een daelder het stuk bekomen.’ (A.C.). In de Gazette van 12-6-1708 is hij nog duidelijker: ‘Estienne Roger libraire à Amsterdam avertit les libraires de ce pais, que ceux qui voudront des paralleles de la musique Italienne et Françoise, et des Albinoni Opera Quinta, il les leur donnera en échange contre leurs livres; le premier à un sols et demi, et le second à trois florins, à cause de la contrefaction qu'on lui en a faite.’ Op 7-7-1708 antwoordt Mortier, dat bij hem ‘werden gedrukt alderhande muzykstukken van Italiaense, Engelse en Franse meesters. Hij verkoopt Albinoni Opera quinta fol. 7 voll. voor 3 guldens en die'er 12 neemt a 30 stuyv.; dit werk is veel moyer en grooter papier als alle andere drukken. Bij hem zijn nog onderhanden alle de werken van Correlli, Albicastro, Albinoni, Buonporti, Bassani, Batistini, Eiore, Gentili Marini, Motta Masciti, Torrelli en Taigiljetti, die alle na proportie goedkoop sullen verkogt
werden, waerna de liefhebbers der muzyk-konst haer konnen reguleeren.’ (A.C.). Op 14-8-1708 kwam het antwoord van Roger: ‘verkoopt Albinoni Opera quinta, veel moyer en correcter druk als 't nadruk, voor 2 gl. 10 stuyv., en die 6 te gelijk neemt voor een gl. 10 st. het stuk. De Hollandse boeren liedjes en contrey danssen, in 3 deelen bestaende, voor 6 stuyv. ieder deel, en die 12 van 't selve deel te gelijk neemt voor 4 st. 't stuk, Corelli Opera prima voor een gl. 5 st.; Corelli Opera seconda voor 15 st.; Corelli Opera tertia voor een gl. 5 st.; Corelli Opera quarta voor 18 st., en die te gelijk 12 van een werk willen nemen sullen een derde afkorten. Die de Vuurwerken van Corelli beste druk ieder Sonate op een blad begeerd, konnen die bekomen voor 7 gl. 't kleyn, en 8 gl. 't groot papier, en die 6 exemplaren te gelijk neemt sal een vierde part korten: Nooit sal bij een ander de musijk so goet koop gegeven worden als bij hem en sijne correspondenten.’ (A.C.). Op 4-9-1708 kwam Mortier
| |
| |
met een tegenzet: ‘Bij Pieter Mortier werd gedrukt de musijk-stukken van Arcangelo Corelli, gecorrigeert van meer als 5 hondert fauten, dewelke hij aen ieder een sal doen sien, 't selve werk sal seer heerlijk gedrukt zijn, en de vier operas compleet verkoft worden voor zes gl., en verkoopt alderhande musyk beter koop als bij anderen.’ (A.C.). Op 6-11-1708 verdedigde Roger zich, na een zelfde opsomming als zijn vorige met toevoeging van ‘10 Suittes van Toroburgue (Froberger) voor de clavecimbel 1 gl.’: ‘de 4 werken van Corelli beste druk, veel beter gedrukt en op veel moyer papier als 't nagedrukt met onregt van 600 fauten beschuldigt 5.10 st.: Tusschen nu en january 1709 sal Estienne Roger de 4 werken van Corelli herdrukken gecorrigeert op 't partitura sonder 't minste fautje daer in gelaten te hebben, die hij ook mede voor 5.10 st. sal verkoopen. Noyt sal de musyk beter koop als bij Estienne Roger verkogt worden.’ (A.C.). Op 18-12-1708 bekende Roger zijn vroegere fouten, maar tevens het herstel daarvan: ‘de 4 werken van Corelli eerste druk 4 gl. 3 st., en deselve beste druk veel beter, veel correcter, en veel moyer papier gedrukt als tot nu toe gedaen is geweest voor 5 gl. 10 st., en hij verbind sig 10 ducatons te geven aen wie 't zij die bewijsen sal kunnen dat eenige druk tot nu toe gedaen so correct is als de zijne; nogtans bekent Estienne Roger dat meenige fauten in sijn 4 werken van Corelli zijn, voornamentlijk in de Basso Continuo, maer die hij altemael gecorrigeert heeft in een nieuwe druk die uytkomen sal voor primo january 1709, die hij ook mede voor 5 gl. 10 st. sal verkopen, en die so correct sal zijn, en alle de anderen drukken so verre overtreffen, dat hij belooft aen ieder een een daelder voor elke faut te geven die men hem in de vier werken van Corelli sal bewijsen, mits die dit aenneemt te doen een stuyv. verbeure voor ieder faute die Estienne Roger toonen sal in de beste van alle de
anderen drukken: de druk uyt te kiesen na den sin van die gene die de daelders sal willen hebben. Estienne Roger drukt ook Tagliette Opera sexta, Concerti à quattro gecorrigeert van veele fauten, principael in de Basso Continuo, en vermeerdert met twee schoone Sonaten à 3 en 4 violen, en hij sal dat werk binnen 2 maenden verkopen voor 2 gl.; noyt sal de musijk bij een ander soo goet koop verkoft worden als bij Estienne Roger.’ (A.C.). Mortier was bepaald duurder, zoals blijkt op 27-12-1708 en 8-1-1709 (A.C.). Op 23- en 28-2-1709 komt Roger weer met vele nieuwe uitgaven en herhaalt zijn aanbod van 18-12-1708 (A.C.). Op 2-5-1709 krijgt men tenslotte het hoogtepunt, een advertentie van Mortier, direct gevolgd door een advertentie van Roger, de laatste met alles iets goedkoper. Ik zal de tekst van Roger overnemen en telkens tussen haakjes de prijzen van Mortier noemen: ‘Estienne Roger...., die het best gecorrigeert musyk verkoopt Albinoni Opera quinta 2 guld. (M. f 2.10); de Hollandsche boeren liedjes in drie deelen 18 st. (M. 25 st.); en de vierde deel 8 st.; Luigi Taglietti Opera sexta, gecorrigeert van veele fauten, en vermeerdert van 2 sonaten die beter zijn als 't heele werk, voor 2 gl. (M. 3 gl.). Hij verkoopt ook de 4 werken van Corelli 5.10 st., gecorrigeert sonder een faut daer in gelaten te hebben, op boete van een ducaton per faute, volgens de conditien in de voorige couranten gemelt (M. 6 gl.). De solos van Corelli of Corelli Opera quinta 2 gl. (M. 3 gl.); ses Sonates van Corelli voor de fluyt 11 st. (M. 1 gl.); de 10 suittes voor 't clavier van Frobergue 1 gl. (M. 2 gl. met mededeling “van wel 200 faute gecorrigeert”); Duos Anglois de differentes maistres 11 st. (M. 12 st.); Fanfares pour le chalumeau 11 st. (M. 16 st.); Preludes Allemandes de Bononcini a 11 st. (M. 15 st.); Les Airs de janvier, fevrier et mars 1709, en 't vervolg van 5 st. het stuk als men die hebben wil sonder de vermeerdering
(M. 8 st.); Toccates et suites pour la clavessin de Pasquini 11 st. (M. 15 st.); Dictionaire de musique augmenté d'un tiers 1 gl. (M. 25 st.).’ (A.C.). Slechts één uitgaaf van Mortier (Camille Dance nouvelle à 30 st.) noemt Roger niet. Het is duidelijk, dat hij van de uitgever van de krant inzage van de advertentie van Mortier had gekregen en daarna zijn advertentie had opgesteld. Op 23-5-1709 herhaalde Mortier zijn advertentie. Daarmee liep de strijd tussen beiden in de kranten af. Op 8- en 22-5-1710 adverteerde Roger weer een groot aantal muziekwerken met prijzen (A.C.). Er
| |
| |
komen dan echter geen advertenties van Mortier meer. De strijd tussen hen beiden zal echter pas met de dood van Mortier in 1711 zijn opgehouden. Enschedé deelt mee, dat de weduwe Mortier o.a. in de Haarlemsche Courant van 16-6-1711 de veiling van de muziek van de overledene op 8 juli aankondigde, maar dat die veiling niet doorging, omdat de muziek uit de hand werd verkocht. Hij veronderstelt, dat Roger de koper was. Dat dit inderdaad het geval was, vindt men bevestigd in deel III 200. In 1711 verdween het opschrift over het gratis weggeven van de muziek van de titelpagina's van Roger's uitgaven.
1715 verscheen bij hem Les Loix et les coutumes du change des principales places de l'Europe... traduit du Hollandois de monsr. J. Phoonsen, par Jean Pierre Ricard. A Amsterdam, aux depens d' Estienne Roger, marchand libraire, chez qui l'on vend un assortiment de musique general & dont on trouve chez lui le catalogue. Voorin vindt men een ‘Avertissement du libraire’, waar hij vertelt, hoe Ricard hem op een reisje heeft overtuigd van het nut om deze vertaling uit te geven. Achterin vindt men een opgaaf van 1½ pagina met soorten van muziek en een verwijzing: ‘On trouve cette musique specifiée particulièrement, dans un catalogue qui se vend chez lui.’
1716 verscheen bij hem de Histoire des Sevarambes in 2 delen, waarvan hij de eerste druk in 1702 in het licht had gegeven met een catalogus van eigen muziek van 19 p., van andere muziek van 3 p. en van eigen en andere boeken van 4 p., met achter deel II een ‘Avertissement’ over een nieuwe uitgaaf van Corelli en opgaaf van redenen, waarom hij voortaan nummers voor zijn muziekuitgaven zou plaatsen. Dan volgt een catalogus van muziek van 58 p. met nummers en prijzen en de aankondiging, dat men deze ook kan krijgen ‘à Londres chez Henry Ribotteau, à Berlin chez A. Dusarrat, à Hall chez A. Sellius, à Cologne chez P. Poner, à Bruxelles chez Joseph Serstevens marchands libraires, & à Hambourg chez Jean Chrestien Schickhardt, fameux componiste.’
1716 verscheen bij hem Cruels effets de la vengeance du cardinal de Richelieu ou histoire des diables de Loudun, met achterin een catalogus van 2 p. muziek en verwijzing naar de aparte catalogus en 1 p. met 5 eigen drukken van 1716 en 1 van 1714. Dat Roger toen nauwe betrekkingen met Pierre Witte te Parijs had, blijkt uit een mededeling in de Journal des sçavans over een van zijn uitgaven, die te Parijs door Witte werd verkocht (LIX 414).
1722 verscheen bij hem Discours sur l'histoire universelle... Par messire Jacques Benigne Bossuet. Onzieme Edition, in 3 delen, met nog steeds de bekende aankondigingen op titelpagina en achterin betreffende de muziek en ook betreffende zijn andere boeken. De Poesies de monsieur l'abbé de Chaulieu et de monsieur le marquis de la Fare, die in 1724 te Lyon werden gedrukt en uitgegeven, hebben het adres ‘A Amsterdam, chez Etienne Roger, qui vend un assortiment de toute sorte de musique. 1724.’
| |
Bijzonderheden
Een poorterinschrijving van Estienne Roger vond ik niet. Een ogenblik meende ik daarom, dat hij identiek was met Etienne Roger, die op 30-1-1686 poorter werd als geelgieter van Rouen. Bij nader onderzoek bleek dit echter Etienne Rosier te zijn, die 19-8-1685 lid werd van de Waalse Gemeente, sedert 1686 met zijn gezin geregeld werd ondersteund en op 17-4-1697 tezamen met zijn echtgenote Judith Ficquet voor not. de Wilde een testament maakte, waarin wordt gesproken van een huw. contract van 30-3-1669 te Rouen (N.A. 6454). Zijn naam werd vaak als Roger opgegeven, zodat vergissingen mogelijk zijn, wat niet het geval is met Estienne Rogé van Montpellier, die op 31-3-1686 lid van de Waalse Gem. en op 1-4-1686 als diamantslijper van Montpellier poorter werd. Blijkens handtekening en leeftijd betreft een acte van 9-3-1694 voor not. Hoekebak stellig de latere boekverkoper. Estienne Roger, oud 28 jaar, verklaart ten verzoeke van Jean Mourillard, koopman, op 22-2-1693 10 balen peper voor hem te hebben gekocht (N.A. 5849).
| |
| |
Estienne Roger had blijkbaar geen verwanten in Amsterdam, toen hij trouwde. Hij werd bij zijn ondertrouw geassisteerd door Daniel Sardet, die zelf enige maanden eerder bij zijn ondertrouw (als 25 jarige beeldhouwer van Senlis) met Marianne, de dochter van de boekverkoper Daniel du Fresne, door Estienne Roger was geassisteerd. Bij zijn hertrouwen in 1696 werd als beroep van Sardet vergulder opgegeven. De vader van Estienne Roger woonde bij het huwelijk van zijn zoon in Engeland, maar overleed in 1699 ten huize van zijn zoon in Amsterdam.
In zijn artikel over Roger in Die Musik in Geschichte und Gegenwart Band 11 (1963) geeft Arend Koole een uitvoerige literatuuropgaaf. Ik vermeld hier enkele artikelen, die speciaal van belang zijn voor de uitgeverij: J.W. Enschedé, Quelques mots sur Etienne Roger, marchand libraire a Amsterdam (Bulletin de la Comm. de l'Hist. des Eglises Wallonnes, 2e serie I, 1896, 209-215), Clara Veerman, Estienne Roger, muziekuitgever te Amsterdam omstreeks 1700 (De Muziek VI, 1932, p. 337 etc.), Marc Pincherle, Note sur Estienne Roger et Michel Charles le Cène (Revue Belge de Musicologie I, 1946-1947, 82-92), François Lesure, La datation des premières éditions d'Estienne Roger (1697-1702) (Sonderdruck aus Kongress-Bericht Bamberg 1953, 273-279), François Lesure, Estienne Roger et Pierre Mortier, Un épisode de la guerre des contrefaçons à Amsterdam (Revue de Musicologie 1956, 35-48), waarin als Appendice een ‘Catalogue des éditions d'Estienne Roger de 1703 à 1706.’; C.G. Kneppers en A.J. Heuwekemeijer, De muziekuitgever Estienne Roger (Ons Amsterdam 1959, 187-192).
Over de plaatdrukker Coenraad Kops, die voor Roger werkte, zal ik hier nog enige bijzonderheden laten volgen. Op 4-10-1692 ondertrouwde hij als kunstdrukker, geboortig van Osnabrück, oud 28 jaar en wonend op de Prinsengracht, met Lysbeth Dabenes. Op 27-2-1714 werd hij kleinpoorter als commenijhouder, geboortig van Hannover, 5-3-1714 gildelid als plaatdrukker. Op 5-12-1730 werd hij begraven in de Westerkerk, komend van de Blommarkt (4de kl.). De plaatdrukkerij werd blijkbaar voortgezet, want de jaarzang werd ook na zijn dood gewoon doorbetaald. De weduwe werd 5-5-1749 in de Westerkerk begraven, komend van het Singel, hoek van het Klooster.
|
|