[Hs. B] Vergadering van 12 October.
Aanwezig: Van Eeden, Truida Everts, Aaltje Bakker, Langelaar, Manus, Van Riet, De Graaf, De Haan, De Boer, Trijntje de Boer, Hooftman, Katrien Jochems.
Besproken:
De kas niet te duur, is besteld.
De volgende week zal geploegd en geteerd worden.
Plannen voor den winter:* Eén rij boomen van het laantje zal vallen en verder tusschen de laantjes tot aan het dennenbosch.
Gras voor de kippen erop zaaien.
De voedingsquestie weer ter sprake gebracht. De Boer vindt het eten niet voedzaam genoeg en beweert, dat zijn krachten daardoor verminderen. Ook nog anderen zijn van die opinie. Van Eeden echter waarschuwt tegen te laat naar bed gaan, en dringt aan op goede voeding**.
* Tekstgedeelte (Boomen omhakken. Ook het rooien zal men trachten zelf te doen) waarschijnlijk doorgehaald door Van Eeden.
** Oorspronkelijke zin (Van Eeden echter schrijft het toe aan het te laat naar bed gaan en te veel denken) gewijzigd door Van Eeden (hs. A), wellicht geïrriteerd door de weergave van de notulist.
de voedingsquestie: Er werd op Walden over het algemeen vegetarisch gegeten. Men was op dit punt echter minder consequent dan in Blaricum, waar zelfs het doodslaan van vliegen veroordeeld werd en het voorkomen van een wurm in de sla tot heftige discussies kon leiden. Van Eeden zelf, die in zijn proefschrift Kunstmatige voeding bij tuberculose (1886) reeds gewezen had op het belang van vleesvoeding, was geen absoluut vegetariër. Hij beval uit hygiënisch oogpunt éénmaal per week vleeseten aan, ook omdat hij bevreesd was voor de gevolgen van een plotselinge overgang naar een ander voedingspatroon (zie bijv. zijn artikel hierover in De Pionier van 5 november 1904).