Grassprietjes (onder ps. Cornelis Paradijs)(1984)–Frederik van Eeden– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 65] [p. 65] Het dichten O, wat is het dichten zoet! Altijd... als men dichten moet,- Dichten is niet ieders zaak, Geen ontspanning of vermaak. Dichten is: uit vol gemoed Storten zijn gedachtenvloed, Als een breeden waterval, In zoetvloeiend woordgeschal. Moest ik zoeken naar een woord- 'k Zou niet dichten, zooals 't hoort; Moest ik denken bij mijn lied- 'k Vond mijn inspiratie niet. Onbelemmerd, onbeklemd, Al naar God mijn cither stemt, Zing ik, op een warmen trant, God ter eer en 't Vaderland! Vorige Volgende