Grassprietjes (onder ps. Cornelis Paradijs)(1984)–Frederik van Eeden– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] XIV Moeder bij de wieg Slaap, slaap nu! gij zijt moêgespeeld, Mijn Jantje! vaders evenbeeld! Dat zijt gij toch, schoon vader zegt: ‘Die jongen heeft mijn neus niet recht.’ Zoo even zat hij aan mijn zij En hield op u den blik, En sprak weer: ‘Hij heeft veel van mij, Maar toch geen neus als ik!’ Dat dunkt mij zelf: hij is te plat- Maar zoo gij toch zijn neus niet hadt, O lieve beelt'nis van mijn man! Hoe kwaamt gij aan uw neusje dan? Slaap, Jantje, slaap! wat vader zegt, Is wis maar spotternij. En hadt gij ook zijn neus niet recht, Heb toch een hart als hij! Vorige Volgende