Voorwoord
In 2012 liet Jan Goossens een artikel het licht zien waarin hij de gepubliceerde delen van Jozef Dupont's Het dialect van Bree (1910-1911, 1914-1920, 1922) vergeleek met andere dialectbeschrijvingen van Vlaamse steden uit de Leuvense school van Colinet, namelijk van Aalst (door Colinet in 1896), Leuven (Goemans in 1897), Tongeren (Grootaers in 1908-1909 en 1910-1911), Hasselt (door Grootaers en Grauls in 1930, maar daterend van 1913) en Aarschot (Pauwels 1958, maar reeds in 1923 als proefschrift voltooid). Dupont's gepubliceerde beschrijvingen van het dialect van Bree zijn onvolledig: ze dekken slechts de klankleer en ook die maar ten dele. Maar in het Archief Dialectologie van de Universiteit Leuven bevindt zich in de nalatenschap van Dupont (1885-1961) een handgeschreven versie van het ontbrekende deel van de klankleer. Dupont zelf is aan publicatie daarvan nooit toegekomen. Goossens heeft nu het handschriftelijke, ongepubliceerde deel van Dupont's studie nader bekeken en vergeleken met de reeds gepubliceerde delen. Niet alleen blijkt het handschrift in omvang bijna even groot te zijn als de honderd jaar geleden verschenen artikelen, maar ook bevat het dialectologisch en taalhistorisch belangwekkende inzichten in het dialect van Bree van rond 1900. In zijn artikel geeft Goossens enkele summiere voorbeelden, die volstaan om iedereen die met de materie vertrouwd is te overtuigen van de wenselijkheid om de tekst wereldwijd beschikbaar te maken en te houden.
Ondergetekende heeft uit naam van de Vereniging voor Limburgse Dialect- en Naamkunde de eerste stappen daartoe genomen. Dankzij financiële steun van de gemeente Bree was het mogelijk om een groot deel van het transcriptiewerk aan het handschrift (vanaf pagina 153) te laten uitvoeren door de heer Bart Lutsch, student te Leuven. Na enkele correctierondes heb ik tenslotte een woordindex gemaakt op het geheel van Het dialect van Bree, zodat geïnteresseerden vanuit de Nederlandse lemmata kunnen zoeken naar Breese dialectwoorden van rond 1900. De website Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (www.dbnl.org) was direct bereid om de transcriptie op te nemen in hun databank van Nederlandse taalkunde en dialectologie. Het is mij een genoegen om op deze plek Jan Goossens, Bart Lutsch, de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren alsmede de stad Bree hartelijk te danken voor hun medewerking aan dit project.
Michiel de Vaan
Leiden, mei 2014