lijk nonchalanter, maar soepeler en boeiender geschreven dan Gide's vorige verhalen, de weldoende invloed meende te ontdekken, niet van de Russen of van Dostojevsky in de eerste plaats, zoals men op enige uiterlijke details afgaand zou menen, maar van Stendhal. Lafcadio is een personage in de lijn van Julien Sorel, van een personage van Alexandre Dumas, dat Gide zelf wellicht onbekend is gebleven: de jonge Gilbert uit Joseph Balsamo. Het feuilletonistische gemak waarmee sommige situaties hier worden gecreëerd, opgelost en weer aangebracht, onderstrepen deze vergelijking; maar zij passen volkomen in het irreële karakter van heel het werk van Gide, dat ook bij quasi-reëler gegevens (als die van L'Immoraliste en La Porte Étroite) overheerst. De, als men wil, ‘drakerige’ manier waarop Lafcadio voor het eerst aan Julius de Baraglioul verschijnt, is werkelijk niet minder verantwoord dan het opdoemen van de ‘immoralist’ Ménalque achter Michel, wanneer deze, ook al zeer toevallig, in
een van zijn zakken een schaartje terugvindt waaraan voor hem ingrijpende problemen zijn vastgeknoopt.
(Het is hier misschien niet misplaatst eraan te herinneren dat in ons land - zij het dan met een achterstand van dertig jaar - binnenkort een vertaling van L'Immoraliste verschijnen zal, van de hand van H. Marsman.)
Na Les Caves is de onuitgegeven lezing over Mallarmé en Verlaine, hoewel vol subtiele bijzonderheden, wel van een zeer gematigd belang. Het bekende artikel uit Incidences, waarin Gide de tien franse romans opsomt die hij zou meenemen naar het ‘eenzame eiland’, volgt; verderop de twee voortreffelijke artikelen over Théophile Gautier en Baudelaire met hun, voor ons gevoel, onfeilbare waardebepaling.
Vóór men aan de onuitgegeven dagboekbladen toe is, krijgt men dan La Marche Turque, in werkelijkheid uit ditzelfde dagboek losgemaakte, hoewel voor de publicatie opgewerkte, bladzijden, betreffende een reis die Gide in April en Mei 1914 in Turkije maakte, dus kort vóór de grote oorlog. Het is merkwaardig te zien hoe weinig Gide voor Constantinopel voelt,