E. du Perron
aan
J.A. Antonini
Tjitjoeroeg, 3 april 1937
Tjitjoeroeg, 3 April '37.
Beste Gino,
Het schijnt dat de luchtpost binnenkort op ‘normaal’ tarief zal worden gebracht en dan wordt alles veel gemakkelijker voor ons, arme klerken, beleedigde en vernederde intellectueelen. Jouw brief, waarop met groote letters ‘par avion’ is hier zonder strafport bezorgd voor 1 fr. 50; rara hoe zit dat? Maar hoe dan ook, het echtscheidingsberichtGa naar voetnoot1. zou me 3 × een luchtposttarief doen trotseeren, om jou en Maria zoo spoedig doenlijk geluk te wenschen. Wat een vreugde dat je van die vervelende madam afbent! En verder wat een geruststelling dat voor jullie accordeeren geen toekomstvreezen of zoo behoeft te bestaan, als toen Bep en ik zouden trouwen en iedereen in Holland voorspelde (op de werkelijke vrienden na) dat het geen 4 maanden zou duren, omdat ik Bep op zou vreten of wegtyranniseeren, terwijl zij mij assommeeren zou met het meest onuitroeibare aestheticisme!
Het bericht van Zamiatin's doodGa naar voetnoot2. is akelig. Hij was mij zeer sympathiek; een mensch, geen lakei vermomd als voorvechter. Ik hoop zeer dat die brief aan Joesoef Djoegasjwili in G.N. zal compareeren; laat Jan dat vooral doen, denzelven beschouwend als literatuur. Ik las hier geboeid de brochureGa naar voetnoot3. tegen de processen in S.R. van de trotskystische (?) groep van Boulogne (Sedoff auteur?) - maar één ding is onaangenaam in dit overigens voortreffelijke werkje: die methode om Kamenev, ZinovjevGa naar voetnoot4. etc. (door Trotsky zelf in zijn mémoires van alle lafheden beticht en uitgemoerd) nu opeens te gaan poneeren als het ware van het ware, de onvervalschte bolsjewik-heroën, etc. Dergelijke kerels zijn allemaal, meer of minder dan de crapuleuze Radek,Ga naar voetnoot5. toch ook maar politiek rapalje. Overigens blijf ik van meening dat Joesoef de monumentaalste schavuit blijft van de heele komedie. Men zou een Ubu roi aan dezen Joesoef kunnen wijden, even goed als aan den hysterischen stalknecht met het Charlot-snorretje van de concurrentie. Deze tijd is op één punt onthullend: het kranten-procédé is zoo alles overheerschend geworden dat onder alle z.g. ideeën in slogan-vorm maar één ding telt: de banaalste concurrentie. Buiten deze realiteit, geloof ik niets meer. De rest is niets dan meer of minder met waarheid aangelengde laster, met meer of minder talent verspreid. Bah, bah, en
bah!Ga naar voetnoot6.
Mijn essai over Multatuli zal je wschl. amuseeren, maar is overigens als ‘essai’ een boek geworden van 300 blzn. En het gaat alleen nog maar over den ambtenaar, niet over den schrijver (behalve dan de paar dingetjes die hij schreef toen hij nog ass.resident en controleur was, en natuurlijk, in zooverre als het boek in verband met de Lebak-zaak staat, de Havelaar). Ik wou dat dit boek, het allercompleetste over Multatuli tot 1857, nu eens succes had, dan maakte ik een 2e deel over den eigenlijken Multatuli, van 1857-1887 - misschien zou dat wel een boek van 2 deelen moeten worden, als ik ook zijn werken een beetje volledig bespreken moet. Maar zoover zal 't wel nooit komen, want nu al heb ik een zeer deprimeerend gedonder gehad om een uitgever te vinden. Voor ingespannen werk dat après tout 2 volle maanden geduurd heeft, krijg ik f 150. van Querido, en dan schijn ik er nog op mijn knieën voor te moeten danken als voor een straal hemelgoud van God den Vader in persoon. Ik begin mij af te vragen wat ons nog belet om ook maar aan de ploertigheden mee te doen; hier in Indië is gelegenheid te over om geld te verdienen, als je je maar tot het noodige leenen wilt. Het zou mij zelfs lukken, als ik mij bijv. maar zou willen aansluiten bij een van de hier heerschende kranten van ‘rechts’, uitgesproken N.S.B.-ig of alleen maar z.g. liberaal-koloniseerend. Maar ‘aansluiten’ beteekent dan: dat je je heelemaal in dienst stelt van deze ‘leidende gedachten’, die van zoo'n eminent heil voor de kolonie schijnen te zijn.
Ik heb me zelfs hier in Indië, nog geen enkele keer ‘bevrijd’ gevoeld, dat is zeker; zelfs niet hier buiten, want de N.S.B. is bij de planters als koek ingegaan, - que veux tu? het is de koloniseerende halfbeschaving par excellence. Batavia is op dit gebied nog het verdragelijkst.
(Dit tweede velletje zal ik maar niet aan 2 kanten vol schrijven, want dit speciale papier is toch wel wat sigaretachtig.)Ga naar voetnoot7.
Met Bep gaat het, wat het acclimatiseeren betreft, nu weer wat minder goed: de regentijd is nu voorbij, en de hitte put haar nog wel erg uit. Maar verder gaat alles redelijk. Op dit eene punt na, dat ik je spaar: ik zoek op alle manieren naar een ‘baan’, en er wordt veel gekletst en geparadeerd, maar tot dusver met geen resultaat. Alleen bij een krant zou wel lukken, maar dat verdom ik alsnog. En als bibliothecaris hier of daar - waar wel kans op is - zou het werk best zijn, maar dan ben ik ambtenaar.
Misschien komt er een plotselinge oplossing; dat hoor je dan wel!
Van de boeken die je me schreef, zou Bep alleen willen lezen dat van Monique St. Hélier.Ga naar voetnoot8. Ik niets; R.M. du GardGa naar voetnoot9. lees ik later wel, in de in-8o-editie; verder verslind ik hier zooveel ‘studiemateriaal’, dat ik aan fransche literatuur niet toe kom: sinds een maand ligt hier nu Jeunesse d'un Clerc van Benda, waarnaar ik echt verlangde, en waarvan ik nog niet meer las dan io blzn. nu het er ligt.
Dat Noth op de planken trad - als wat? émigré-Duitscher? rol, door G. Marcel speciaal voor hem geschreven? - vind ik zeer indrukwekkend: ce que c'est que d'avoir une femme de théâtre pour épouse - la femme de théâtre mène à tout! etc. etc. Maar complimenteer hem, als je hem ziet. Heeft men geen reclame gemaakt met verwijzing naar het proces in Duitschland? ‘de hoofdrol wordt vervuld door den protagonist in het geval-Krantz?’Ga naar voetnoot10.
Als ik in Europa terugkom, - over hoeveel jaar? - zal ik in een heeleboel opzichten ‘vervreemd’ zijn, nog meer dan ik 't misschien altijd was. En ten voordeele van wie? van wat? Ik hoop toch niet: van het vee dat hier de kolonie op zware hoeven doorstapt (versta onder deze ‘hoeven’ vooral ook veel autobanden, want Java is ingericht op den auto-prol).
Tot zoover. Hartelijke groeten aan Weidle, Felzen,Ga naar voetnoot11. Noth, vooral aan Maria-Natacha natuurlijk, ook v. Bep en aan de lieve Elena Noth-Fels, van wie wij toch veel houden, al zou zij Noth op de planken hebben gebracht (brengt hij haar tot schrijven?), en verder vooral ook aan Chiaro-Annie (heb je hun mijn briefGa naar voetnoot12. gegeven?). En de schandaaltjes? Hartelijk je
E.
P.S. Bep zegt, je moet lezen: De Lachende Cupido van Rie Cramer (mevr. Verkade), dat over Ascona handelt, en waarin niet onmogelijk mevr. Hetty Marx, juffrouw Schill(?) en zelfs jij(?) voorkomt. Vraag 't aan Jan... Het is flink onbenullig, maar toch...Ga naar voetnoot13.