E. du Perron
aan
S. Vestdijk
Bandoeng, 23 maart 1939
Bandoeng, 23 Maart '39.
Beste Simon,
Met oprecht veel genoegen - dat begrijp je! - las ik je brief. Op de ‘fatsoensrakkers’ heb ik je een klein beetje gewroken in bijgaande recensie. Overigens is dit de laatste bijdrage die ik in 't Bat. Nwsbl. publiceerde, want - ook al om ‘fatsoens’ redenen - heb ik gebroken met den wd. hoofdredacteur. De andere, de echte, die ik persoonlijk ken en die zeer geschikte kanten heeft, hoewel 't per slot net zoo'n laffe drommel is als deze en misschien zelfs laffer, komt eerstdaags terug en zal misschien probeeren me weer te lijmen, want die kroniek van me, die nu ruim 1½ jaar duurt, wàs een succes voor de krant. Alleen zullen ze goddeumi begrijpen dat ik E. du Perron ben, ook als ik schrijf in hun ‘kunstrubriek’, en niet dat ik een leverancier ben van copy over letterkunde, die toevallig E. du P. heet.
Met dat al, het verschil van 60 à 70 pop per maand, voèl ik. Maar zonder dat zou er ook niets aan zijn geweest om dat tuig naar de pomp te laten loopen, dat is ook weer waar...
Je stuk over Mult. 2e pl.Ga naar voetnoot2. kreeg ik eergisteren door een vriendin van Bep per luchtpost toegestuurd. Het is opperbest, dunkt me, maar ik ben hierin natuurlijk niet objectief lezer genoeg voor een juist oordeel. Ik hoop toch van harte dat mevr. Romein, dr. Noordenbos en last not least de goede Vie van deze opinie van je kennis zullen nemen; waar ook wel veel kans op is.
Ik stuur deze nog naar de krant, omdat me steeds onduidelijker wordt waar je eig. zit. In Scheveningen of al verhuisd? Schrijf me dat nog eens precies. Ik voor mij zou heusch willen dat je Greco nog eens ‘terugbracht’ tot een verhaal van 100 blzij en Pilatus tot 150 à 200 blzij, maar dat zal praktisch wel ondoenlijk zijn. Toch vind ik Pilatus veel boeiender - en ook ‘belangrijker’ - dan Greco, speciaal om Caligula, dien ik, apart genomen, stellen moet bij je ‘opperste creaties’. - Als ik bedenkt wat jij van Onno van Haren gemaakt zou hebben, begrijp ik eig. niet hoe je nog een snars van waardeering hebben kunt voor dat verhaal van me.
Physiek gaat het den laatsten tijd weer beroerd met me. Hoesten, pijnen door mijn heele ‘tors’, kortom, alle beroerde gevolgen van een longontsteking, waarvoor ik geen tijd en rust heb kunnen vinden om behoorlijk ‘uit te zieken’. Dit laatste erken ik graag, dus ik mag nu ook niet klagen. Maar deze toestand versterkt wèl mijn verlangen om van hier weg te gaan. Z. Afrika, daar hoor je hier ook alleen maar beroerds van: het moeten boeren èn kaffers zijn, wantrouwig, onhebbelijk, geborneerd, - zooiets als de tweelingen Burgeik, stel ik me voor, in Karakter. Ik had over dit laatste boek nog uitvoerig willen schrijven na Pilatus, maar de houding van die klooten op de krant maakte me wee, en dus heb ik er maar een eindje aan gedraaid. Dat Karakter ‘loopt’ wel meer dan Pilatus bv., maar de nasmaak is toch niet zóó dat je eraan blijft gelooven. Dreverhaven is toch wel tegelijk Black Jack, de waard uit de Arizona-bar en Javert uit Les Misérables. Jij ergerde je aan Julien Sorel, maar ik vind Katadreuffe toch een harkje bij Julien vergeleken en ik zou verdomd graag weten hoe 't nu verder met hem geloopen is, nu hij alleen maar begon als advokaat. En Dreverhaven is zóó gheweldigh, dat ik doorloopend lust had hem een trap onder z'n poepert te geven. Behalve op Black Jack en op Javert lijkt hij dan ook heel wat op een super-Zentgraaff!
Zoo, dat is dat voor vandaag. Als ‘nasmaak’ vind ik Caligula beter - beter ‘houden’ - dan Kat. of Dreev.
Kan je me niet wat hollandsche boeken zenden, bv. dingen als Tim's Herinneringen en die van Frank v.d. Goes, of andere boeken die je zelf niet doet? Nu ik van 't B.N. af ben, heb ik daar weer heel wat meer tijd voor en financieel kan ik het best gebruiken. Kortom, zend niet alleen engelsch of fransch, maar ook hollandsch of wat dan ook.
Tot nader. Ik ben erg benieuwd naar de wijze waarop je De Oubliette hebt omgewerktGa naar voetnoot3. - als ‘gegeven’ is dat een van je beste ver-halen - en naar wat je verder publiceeren zult. Stuur me Lieren Lancet persoonlijk, nièt naar de krant. Ik kan erover schrijven in Krit. en Opb. of elders; waarom niet in de N.R.C.
Hartelijk gegroet, ook door Bep, - steeds je
E.