E. du Perron
aan
J. Greshoff
Parijs, 19 april 1936
Parijs, Zondag.
Beste Jan,
Kees zal je nu wel zijn wederwaardigheden verhaald hebben. Hij kwam Vrijdagavond uitgehongerd hier aan, na 7 uren reis zonder voedsel bij zich. Ik wilde hem 's avonds meenemen naar een ontmoeting met Caffi en Chiaro, edoch hij voelde daar niet veel voor en is bij Bep thuisgebleven. Caffi ging den volgenden dag (gisteren) weg - wat ons allen zeer spijt, hoewel wij hopen dat het voor hem heilzaam zal blijken. Hij zit sinds hedenmorgen 10 uur bij zijn oude vrienden in Toulon.
Gistermorgen vroeg heb ik Kees naar het station geleid, ingevolge je verlangen om hem wat vroeg thuis te hebben. Hij had een biljet van 50 fransche frs. over, dat ik hem niet af wilde nemen, zoodat ik zijn retourtje voor hem betaald heb: zooiets als 55 fr. frs. Houd dat voorloopig, want misschien moet je wat voor Gille uitgeven, bij Vermeylen.
Van L'Epi-Devolder geen snars bericht. Heb je al opgebeld?
Heb je het portret van Barnabooth in Modigliani-stijl in het boek van Donkersloot aangetroffen?
Wij hebben hier een klein kamertje op de 8e verdieping gehuurd - in hetzelfde huizenblok, maar toch eig. naast ons - alwaar ik mijn schrijftafel + een sofa heb overgebracht, om buiten het gezaag van Alain te kunnen werken. Kees heeft deze kamer meteen gedefloreerd, door de nacht van de installatie zelf erin te slapen; met een kaars voor het uitkleeden, want ook nu nog heb ik er geen electrisch licht.
Malraux werkt heel hard aan zijn essay.Ga naar voetnoot1. Chiaro betreurt Caffi, die werkelijk touchant was toen hij afscheid van ons nam. Verder geen nieuws, behalve dat John en Mary Dinsdagavond weer eens bij ons komen. - O ja, misschien gaan Bep en ik eerstdaags voor een weekje naar buiten': Bep is òp. En Gans is hier.
Schrijf spoedig. Veel hartelijks onder ons allen,
je E.